Tv-review: 'Nonkel Mop' op vtm
Dat de pater familias maar snel de familieraad bijeenroept, want 'Nonkel Mop' vertoont alle tekenen van vroegdementie, en een preventieve pamper dringt zich op.
Ik wantrouw lui die de mop als het evolutionaire speerpunt zien van humor, maar net zo goed krijg ik bilpuisten van iets te pedant bebrilde cultuurdragers die erop neerkijken, en zelfgenoegzaam blijven baden in Antwerpen Zuid-ironie.
De mop heeft wel degelijk bestaansrecht, vind ik, maar dan in de geschikte context. Wanneer de sfeer op een koffietafel na een begrafenis van droef naar baldadig evolueert, bijvoorbeeld, of op familiefeesten waar het bij voorkeur even niet over de merkwaardig kleurende stoelgang van de recentste boreling gaat. Of gewoon in de veilige buurt van een tapkast, tussen het oplossen van twee wereldproblemen door, en net nadat er nog wat vloeibaar goud is besteld, omdat je er nu ook weer niet zo zeker van bent dat er morgen weer een dag is.
Maar de televisie lijkt me niet de natuurlijke habitat van de mop: 't is eenvoudigweg een te beperkt fundament om er een bruisend programma op te bouwen. Want met hoeveel ingestudeerde epiek Chris Van Espen, Kürt Rogiers, Maarten Bosmans en Evi Hanssen in de eerste aflevering hun grappen ook vertelden, en met hoeveel opgepompte luim presentator Rob Vanoudenoven de boel ook aan elkaar lachte, 'Nonkel Mop' was in de eerste plaats een moe makende verplichting tot lachen. Of het nu culinaire, katholieke, schuine of Johan Museeuw-moppen betrof, altijd hing er een artificieel sfeertje waar ik intens droef van werd. De slinger van platgekauwde moppen onder genadeloos studiolicht was van een tergende bloedeloosheid.
Het kwam zover dat me een verdacht heimwee naar 'HT&D' bekroop, het kermisprogramma waarin Walter Capiau de gelukzalige glimlach perfectioneerde, al wist je nooit zeker of dat niet kwam omdat er in de coulissen net nog een knaapje geschonden was, of omdat Odilon Mortier - ongetwijfeld op influisteren van zijn broer Guy - een bijtgrage teckel onder de tafel had losgelaten.
Maar in 'Nonkel Mop' kon ik alleen plezier beleven aan de lol die Evi Hanssen - ze doet mijn balzak nog altijd jiven - er zichtbaar zélf in had telkens ze een mop mocht vertellen. Voor het overige krulden mijn tenen zich in die mate dat een auditie voor Carl Huybrechts-pruik nu echt niet lang meer kan uitblijven.
Nog dit: ik heb innig te doen met Rob Vanoudenhoven, wiens talent voor schelmerij mijn puberteit verlichtte - 'Alles kan beter' en 'De XII Werken' blijf ik grootse televisie vinden. Hij weet zelf vast ook wel dat 'Nonkel Mop' driftig geparodieerd zou zijn door 'Alles kan beter'. Na elke mop liet Vanoudenhoven het publiek zijn amandelen tellen, en daar produceerde hij het soort gegorgel bij dat voor een epileptische aanval doet vrezen. Ik hoorde er ook een noodkreet in: 'Haal mij hier weg, want dit is niet wie ik ben.'
Quote
'Het is zwart, en als het uit een boom valt, is je kachel kapot? Je kachel.'
Tweet