Uit de platenkast van Mauro: 'Dispepsi’ van Negativland
Elke week diept Mauro één plaat uit zijn uitgebreide verzameling op. Deze week: ‘Dispepsi’ (1997) van Negativland.
Het lijkt al even geleden dat een protestsong de hitlijsten haalde. In sommige gevallen maar goed ook.
Toen ik onlangs in Haspengouw aan het cruisen was, klonk opeens Pinks ‘Dear Mr. President’ door de autoradio. Waardoor ik krijsend in een verstijvende kramp schoot en bijgevolg – ongewild plankgas gevend – bijna een fruitboer van de baan reed. Onverantwoord van die lokale radiozender! Een anti-establishmentsong is zoveel beter af met een vette riff of groove. Dat weet toch iedereen? Of er zit op zijn minst wat humor in.
De maatschappijkritische band Negativland gebruikt satirische geluidscollages om zijn ongenoegen te uiten over onze beschaving. Eén van hun beruchtste fratsen is een ep genaamd ‘U2’ – de titel staat veel groter op de hoes dan Negativland. Een toevallig gelijknamige rockband bleek not amused. Op ‘Dispepsi’ moeten de frisdrankgiganten eraan geloven. Zoals op de meeste van hun platen gebeurt dat in de vorm van gekaapte soundbites en reclamejingles. ‘Hopelijk wordt dit een positieve reflectie over alles waar Pepsi voor staat,’ zegt een bedrijfsafgevaardigde op ‘The Smile You Can’t Hide’, een soort introtrack. Maar helaas voor hem sleurt Negativland iedereen genadeloos mee op een bad trip door de marketingwereld van suikerdrankjes, die hier wordt neergezet als een eeuwig winstmakend Mordor, bevolkt door terminale patiënten met het chronische blijheidsyndroom.
In ‘Humanitarian Effort’ komt er zelfs een ondervragingsmethode uit de Mexicaanse politiegevangenissen ter sprake, waarbij de gevangene een hard geschud blikje cola in de neus gespoten krijgt. ‘Can’t beat the feeling!’ Auw.