Olympische Spelen
Vier wedstrijden op een week tijd: hypothekeert Nina Derwael haar gouden brugoefening?
De allroundfinale bekroont de meest polyvalente turners: mooi dat Nina Derwael ook daarin meedingt. Tegelijk is dat event vandaag voor haar een tussenstation, want goud op de brug zondag primeert. Hoe verteert ze alle fysieke en mentale belasting in deze drukke week?
De Amerikaanse Simone Biles, viervoudig olympisch kampioen, was de absolute topfavoriet in de allroundfinale. Nu ligt die strijd weer open. Alle toppers schuiven in de strijd om de medailles een plek op. Of het ook de kansen van Nina Derwael (21) beïnvloedt? Afwachten. In de kwalificaties zondag eindigde ze als zesde. Derwael werkte de vier toestellen wel zo goed af dat er niet veel rek meer op haar score zit. Om in de prijzen te vallen moet ze vandaag al haar proeven opnieuw prima afwerken én rekenen dat andere allroundtoppers, zoals Sunisa Lee, Rebeca Andrade of Angelina Melnikova, steken laten vallen.
Bovendien zijn er nog andere gymnastes, zoals de Britse tweelingzussen Gadirova of de Canadese Ellie Black, die na een mindere prestatie in de kwalificaties intrinsiek wel kunnen meedingen voor een medaille. Maar ook Derwael schurkte in het verleden op een WK al twee keer aan tegen het podium allround. In Doha 2018 eindigde ze als vierde, op het WK in Stuttgart in 2019 haalde ze de vijfde plek. Hoe moeilijk ook, onmogelijk is het niet. In dat geval mogen alle loftrompetten luid schallen.
Fragiele voeten
Maar de allroundcompetitie is voor Derwael niet de prioriteit. Haar grote focus ligt zondag op de brug: dát is haar gouden olympische droom. Meer zelfs, in de opbouw naar die climax is het de vraag hoe ze alle belasting in de drukke laatste week zal verteren. Op een groot kampioenschap combineerde Derwael nooit eerder de kwalificaties, teamfinale, allroundfinale en brugfinale in een dikke week. Fysiek en mentaal is dat geen sinecure.
In het verleden sprongen trainers ook voorzichtig om met Derwael in competities, om haar fragiele voeten te sparen. Op het EK in Glasgow in 2018 zag België zelfs al eens vrijwillig af van deelname aan de teamfinale om sommige turnsters niet te overbelasten met het oog op belangrijkere afspraken .
Maar belangrijker dan de Spelen bestaat natuurlijk niet. Derwael proefde in Rio al van haar eerste olympische allroundfinale. Pas zestien jaar oud liet ze met een negentiende plek haar aanstormende talent zien. Mooie herinneringen die ze nu een nog mooier vervolg wil geven, zonder zich druk op te leggen. “Ik heb niks te verliezen”, zegt Derwael over haar allroundfinale. “Ik ga gewoon proberen alles nog eens te geven. En ik kan er gebruik van maken om mijn brugoefening te doen voor de finale op zondag.”
Idem dito voor Sunisa Lee. De Amerikaanse mikt allround wél volop op een medaille. Maar onvermijdelijk is het uitkijken wat ze er als brugspecialist van bakt aan dat toestel. In de teamfinale dinsdag was het nek-aan-nek met Derwael, ze scoorden allebei een recordscore van 15.400 punten.
“Een leuke spanning”, zei Derwael toen. Coach Marjorie Heuls wil het duel niet opkloppen. “Nina moet op zichzelf focussen. Het is niet Nina tegen Sunisa, maar Nina tegen Nina. Als ze haar brugoefening zondag met dezelfde kwaliteit uitvoert als in de teamfinale, mag ze goede hoop hebben.”
Uitkijken naar Verkest
Ook over de belasting van de opeengestapelde events maakt Heuls zich niet te veel zorgen. “Nina is fysiek goed voorbereid. We hebben haar in de teamfinale niet op de sprong ingezet om haar niet te overladen. Met de juiste recuperatie moet ze allround ‘operationeel’ zijn.” En dan heeft ze nog twee dagen rust tot de brugfinale.”
Behalve Derwael is het vandaag ook uitkijken naar Jutta Verkest (15) in de allroundfinale. Zij had zich in de kwalificaties als twintigste geplaatst. Haar sterke prestatie toen kon ze niet herhalen in de teamfinale. Allround krijgt ze een nieuwe kans om zich individueel te bewijzen, al had ze zich toch liever collectief onderscheiden. “Ik ga er zeker van genieten, maar eigenlijk vond ik die teamfinale wel belangrijker.”
(DM)