Spanje
Voor de kamermeisjes aan de Costa is de heropening van de grenzen slecht nieuws
Goed nieuws voor de Spaanse toeristenindustrie: de grenzen zijn weer open. Maar dat heeft ook een keerzijde. Hotelmedewerkers die toch al de benen uit hun lijf liepen, moeten nog beter hun best doen om de kamers te ontsmetten.
Mijn ontbijt bestaat uit allerlei pilletjes. Sowieso altijd paracetamol, maar meestal ook sterkere pijnstillers”, vertelt Carmen Crespo (50). Met felroze gelakte nagels en slaperige ogen zit ze achter een kop sterke koffie. Ondanks haar constante kuchje, rookt ze de ene na de andere sigaret. Haar nachtdienst als kamermeisje in een hotel aan de Catalaanse kust even buiten Barcelona eindigde vanochtend om 06.00 uur.
Net als iedere ochtend komt ze even op adem op het terras van buurtbar El Paso in haar woonplaats Viladecans. Slechts één kwartier heeft ze per kamer. Meer staat er niet voor. Dat betekent vliegensvlug bedden opmaken, het schrobben van toiletpotten en het onberispelijk oppoetsen van de vele spiegels in de hotelkamers. Na een nacht ploeteren doet alles pijn: haar onderrug, haar duimen, waarvoor zij al twee keer ziek thuis moest blijven. De pijnstillers helpen om het werk dat ze de afgelopen acht jaar dag in dag uit deed nog enigszins dragelijk te maken.
Zondag zette Spanje het sein weer op groen voor de komst van buitenlandse toeristen. De ruim drie maanden durende alarmfase is niet langer van kracht, bezoekers hoeven niet meer veertien dagen in quarantaine. En dat is goed nieuws voor de toeristenindustrie, een belangrijke levensader van de Spaanse economie. Deze is goed voor 13 procent van de banen. Steeds meer hotels en andere toeristische infrastructuur openen deze dagen handenwrijvend de deuren in de hoop dat de toeristen ondanks de coronapandemie deze zomer toch naar Spanje durven te reizen. Iedereen hoopt iets van het verloren voorseizoen terug te verdienen.
Hoewel het soms lijkt of er alleen maar gesmacht wordt naar de terugkeer van de toerist, heeft kamermeisje Crespo er gemengde gevoelens bij. Weer een zomerseizoen in het hotel is een aanslag op haar gezondheid. En een vetpot is haar baan zeker niet: voor de coronacrisis maakte ze naast het werk in het hotel ook kantoren schoon. Ze hield daar nog geen duizend euro per maand aan over. Ook nu de lockdown voorbij is, werkt zij nog steeds minder dan de helft van haar aantal uren in het hotel.
Voetvolk
Voor de honderdduizend kamermeisjes die Spanje telt zijn de werkomstandigheden vaak ronduit beroerd. De maandenlange stilstand van de sector brengt sommigen nu al in grote financiële problemen. De oorzaken van de precaire arbeidssituatie van kamermeisjes als Crespo en ander ‘voetvolk’ van de Spaanse toeristenindustrie liggen dieper.
Kamermeisjes zijn veelal niet in dienst bij de hotels, maar werken via externe schoonmaakbedrijven, weet juriste arbeidsrecht Consuelo Chacartegui. De kamermeisjes moeten vaak onder hoge tijdsdruk zwaar fysiek werk doen voor een schijntje. Zij maken het beeld van Spanje als paradijselijk oord onder de zon mogelijk
De hotels kunnen op deze manier flexibeler met de werkuren omspringen die zij nodig denken te hebben. Maar tijdens de coronacrisis bleek dat kamermeisjes door de constructie ook vaak geen recht hadden op de steun van de overheid die andere werknemers wel kregen. In plaats daarvan moesten zij een beroep doen op een ander noodpotje van de regering waarmee ze nog geen 500 euro per maand kregen.
Chacartegui vergelijkt het werk aan de onderkant van de toeristensector met de zwaar agrarisch seizoensarbeid op het land. De juriste, verbonden aan de Pompeu Fabra Universiteit in Barcelona, ziet dat de kamermeisjes buiten ‘het seizoen’ ook vaak geen recht hebben op een fatsoenlijke werkloosheidsuitkering omdat zij nooit lang genoeg aaneengesloten achter elkaar werken om daarvoor in aanmerking te komen. Ze is nu bezorgd dat de kamermeisjes die dagelijks in tientallen kamers komen meer risico lopen om besmet te raken met het coronavirus. Het verplicht dragen van mondmaskers in de zomerhitte maakt het werk bovendien alleen maar zwaarder. Ook omdat de kamers nu schoner dan schoon moeten zijn om de gast met corona-angst gerust te stellen. ‘Een kamer schoonmaken is echt ander werk dan desinfecteren, dat is een ander beroep. Nu zeggen ze tegen de kamermeisjes vaak: gooi de ramen maar open en daarna kan je gaan schoonmaken. Ze kunnen weigeren, maar dan komt hun baan in gevaar’.
Betere arbeidsvoorwaarden
Sinds enkele jaren rebelleren de Spaanse kamermeisjes: naar de gevleugelde uitspraak in Spanje: ‘De Kelly die schoonmaakt’, rammelen zij onder de geuzennaam ‘De Kelly’s’ aan de deuren van grote hotelconcerns voor betere arbeidsvoorwaarden.
Drie jaar terug behaalden ze een succes met de zogenoemde ‘Kellywet’, een wetswijziging die erin zou moeten voorzien dat het outsourcen van de hotelschoonmaak wordt ingeperkt, maar de praktijk blijkt weerbarstig. Volgens woordvoerder van de Kellys in Barcelona, Miriam Suárez proberen bedrijven dit lucratieve ‘besparingsmodel’ hardnekkig in stand te houden. ‘Soms zijn de bedrijven zelfs van de hoteleigenaren zelf’, zegt Suárez, ‘Maar wij blijven druk zetten, want zonder schone kamers kan een hotel niet functioneren’.
De pandemie heeft de Kellys alleen nog maar verder in het nauw gebracht, ziet Suárez. ‘Maar liefst 70 procent is in de financiële problemen gekomen. Het gaat meestal om vrouwen. Gescheiden moeders, weduwen of alleenstaande vrouwen’, zegt Suárez. Ruim twee derde van de Spaanse kamermeisjes heeft volgens haar last van chronische pijnen als gevolg van het werk.
Het hotel waar Carmen Crespo werkt, was een van de eerste hotels, die tijdens stapsgewijze versoepeling van de strenge en soms ondoorgrondelijke Spaanse lockdownregels eind mei al open mocht. Het hotel heeft namelijk geen gemeenschappelijke ruimtes waar het coronavirus zich snel zou kunnen verspreiden. Dat de kamers zijn volgehangen met spiegels waar Crespo zich suf aan boent, is niet zo vreemd. Het hotel waar zij werkt, doet deels dienst als liefdesnest voor anonieme bezoekjes met minnaars of prostituees. De gasten ziet Crespo niet, maar wel wat ze achterlaten tot aan compleet kapotgescheurde lakens aan toe. ‘Mensen wilden zeker de eerste dagen de nieuwe vrijheid vieren’, grijnst Crespo vermoeid.
Reddingsoperatie voor de Spaanse toeristenindustrie
De Spaanse premier Pedro Sánchez kondigde vorige week een noodpakket van 4,3 miljard euro aan om de toeristenindustrie in Spanje te redden. Met vooral kredieten moet de sector behoed worden voor een zware zomer, waarin het nog maar de vraag is hoeveel buitenlandse toeristen ondanks de open grenzen daadwerkelijk naar Spanje zullen afreizen.
Het land stond de afgelopen jaren in de top drie van meest bezochte bestemmingen ter wereld. Vorig jaar kreeg Spanje (47 miljoen inwoners) maar liefst 84 miljoen bezoekers te verwerken. Met een promotiecampagne, die Spain For Sure is gedoopt, hoopt het land vakantiegangers over te halen naar Spanje af te reizen en in het land te investeren. Onder meer toptennisser Rafael Nadal, formule 1-coureur Fernando Alonso en sterrenchef Ferran Adrià proberen in een video met zwoele gitaarmuziek de buitenlander warm te maken voor post-corona Spanje.
Binnenkort gaat ook het hotelgedeelte voor toeristen open. ‘Begrijp me goed, ik wil dat de toeristen naar Spanje komen. Daar verdien ik mijn brood mee. Het probleem is dat wij onzichtbaar zijn en niemand ziet hoe zo’n schone kamer tot stand komt’.
Crespo leeft eigenlijk haar hele werkende leven al van dag tot dag, vertelt ze als ze nog een sigaret opsteekt terwijl de zon langzaam opkomt achter de baksteen rode flatjes in Viladecans. Eind jaren zeventig – Crespo was 7 – kwam haar familie net als vele anderen uit Andalusië naar het welvarende Catalonië op zoek naar werk en een beter bestaan. Schoonmaakster. Serveerster. Naaister. Afwasser. Het kost Crespo moeite om al haar baantjes op te sommen. Hoeveel pensioen ze inmiddels heeft opgebouwd weet ze niet, want veel werd zwart uitbetaald.
Nieuwe regels
Crespo verwacht dat zij snel weggestuurd wordt bij haar huidige hotel. Ze ligt overhoop met de nieuwe manager die eist dat er meer kamers in minder tijd worden schoongemaakt. ‘Ik heb al waarschuwingen gekregen omdat het waterflesje voor de gasten niet goed zou staan en vanwege een verdwaalde haar op een bed’, vertelt Crespo. Ze is nog maar twee officiële waarschuwingen verwijderd van ontslag. Crespo vermoedt dat de nieuwe manager haar groep kamermeisjes er helemaal uit wil werken om een nieuwe ploeg aan te nemen die wel akkoord gaat met de nieuwe regels. Wat waarschijnlijk niet hielp, is dat Crespo vanaf dag één duidelijk maakte dat ook zij een ‘Kelly’ is. Zij demonstreerde afgelopen week met de andere Kellys uit Barcelona voor de deur van het Catalaanse regioparlement. Zij eisen dat er naast de nieuwe hygiëneregels ook eindelijk werk wordt gemaakt van een kwaliteitskeurmerk voor betere arbeidsvoorwaarden. Zij willen dat dit gekoppeld wordt aan het Free Covid-keurmerk dat hotels razendsnel invoeren.
Nu de toeristen hopelijk terugkeren naar Spanje vinden de Kellys dat het hoog tijd wordt dat ook degenen die het toerisme mogelijk maken gezien worden en betere arbeidsvoorwaarden krijgen. ‘Bang om corona te krijgen ben ik niet, wij lopen altijd al meer kans om iets op te lopen. Maar hoe moeten we binnen een kwartier naast de schoonmaak ook nog die kamers desinfecteren?’, vraagt Crespo zich hardop af, voordat ze eindelijk haar bed opzoekt.
(Trouw)