Wint Wiggins Parijs-Roubaix? De mening van Jan Bakelants (3)
“It’s a circus, and I don’t want to be one of the clowns”, zei Chris Boardman - nota bene Bradley Wiggins’ grote idool - over Parijs-Roubaix. Maar voor Sir Wiggo bestaat er geen mooiere koers: zondag wil hij L’enfer du Nord winnen en zijn sprookjesachtige carrière nog meer glans te geven. Maar hoe denken ze in het peloton over hem, en hoe schatten de renners zijn kansen in? Jan Bakelants geeft een antwoord.
Bakelants «Hij geeft kleur, en dat is goed: er zijn weinig kleurrijke figuren in het peloton. Hij geeft ook duidelijk aan dat er een leven bestaat buiten de koers: hij verschijnt al eens op een podium met Oasis, of doet iets waarmee hij toont dat hij ook maar een mens is. Ook daarin is hij een verrijking: wielrennen komt voor ons allemaal op de eerste plaats, maar sommigen doen het iets te nadrukkelijk voorkomen dat enkel de fiets telt in hun leven. En hij komt op voor zijn mening: als hij vindt dat het te gevaarlijk is in Gent-Wevelgem, dan stapt hij uit de wedstrijd. Terwijl anderen gewoon doorrijden, en pas achteraf hun beklag doen. Met zijn palmares heeft hij natuurlijk ook recht van spreken.»
'Als hij wint, doet hij het echt à la Frank Vandenbroucke'
HUMO Hoe schat je zijn kansen in voor Parijs-Roubaix?
Bakelants «Niet hoog, tot nog toe heeft hij ook nog niet veel laten zien. Alleen aankomen zal niet lukken, daarvoor is hij niet explosief genoeg. En hij heeft ook geen sprint in huis om het met een klein groepje af te maken. Ik zie hem wel in de topvijf eindigen, maar gezien de graad van succes van zijn vorige ondernemingen, is dat al niet meer voldoende. Dat moet je hem wel nageven: als hij een doel stelt, en bijvoorbeeld wereldkampioen tijdrijden wil worden, dan slaagt hij er ook in.»
HUMO Bieden zijn tijdrijderskwaliteiten geen voordeel?
Bakelants «Ja, maar ik betwijfel of dat voldoende zal zijn. Hij lijkt me ook iets te fijn gebouwd voor het werk op de kasseien, al mag hij me aangenaam verrassen: ik zou het mooi vinden zijn als hij wint. Maar mannen als Degenkolb en Kristoff hebben het voordeel dat ze gewoon mogen volgen: zij kunnen met hun grote motor lang aanklampen om het nadien af te maken in de sprint. Uit het wiel rijden, zal al zeker niet lukken. En wat ook is: iemand die zijn ambitie zo heeft uitgesproken, geraakt niet gemakkelijk weg. Terpstra had vorig jaar ook niet gezegd dat hij ging winnen: toen hij ontsnapte, was er toch dat verrassingseffect.»
HUMO Hij wil de wielersport als een legende verlaten, maar eigenlijk hoor je sluwer te zijn.
Bakelants «Als hij nu wint, doet hij het echt à la Frank Vandenbroucke, maar dat gebeurt niet vaak meer. Hoe meer uitgesproken iemand favoriet is, hoe kleiner de kans dat hij wint. Nee, het wordt heel moeilijk: Boonen en Cancellara zijn er ook niet bij, en dan verdwijnt het belang om alles samen te houden.»
HUMO Hij is een stijlicoon geworden. Krijgt hij als hipster navolging bij de andere renners?
Bakelants «Stijlicoon vind ik overdreven. Team Sky heeft Rapha als kledingsponsor, en mooie kleren helpen je met je uitstraling. Hij is lang en smal, en dan sta je al snel met alles. En als ik me niet vergis, is hij ook bevriend met Paul Smith. Paolini was ook de eerste met een baard, maar iemand als Wiggins heeft wel het lef om het ook te doen.»
HUMO Renners zijn modebewuster dan iedereen denkt.
Bakelants «Ja, dat is zo. Het is ook voor de goed voor de sport dat alles er beter begint uit te zien. Maar Wiggins geniet natuurlijk populariteit in het peloton, al heb ik er zelf nog nooit met hem gesproken.»
HUMO Zijn mentor Shane Sutton verklaarde deze week in Humo dat hij heel moeilijk met zijn succes kan omgaan. Werpt dat een ander licht op de man?
Bakelants «Ja, dat verrast me wel: hij heeft toch zelf die lat zo hoog gelegd? Ik kan wel begrijpen dat je na zo’n onderneming als de Tour andere doelen stelt, die mentaal niet zo belastend zijn. Maar als je prestaties dan minder zijn dan voordien, lijkt me dat ook niet zo moeilijk om te aanvaarden. Je kan toch altijd terugvallen op die overwinning in de Tour? Want er rijden niet zoveel rond die dat kunnen zeggen, hoor.»