Kondigt afscheid aanWoody Allen
Woody Allen over de aantijgingen die zijn carrière overschaduwen: ‘Ik heb mijn dochter nooit met een vinger aangeraakt’
‘Wasp 22', de vijftigste film van Woody Allen, zal ook zijn laatste worden. Dat zegt de regisseur althans zelf. Ondanks zijn uitgebreide oeuvre als cineast en acteur zal Allens naam altijd verbonden blijven aan de beschuldigingen van kindermisbruik, die sinds het begin van de jaren 90 als een schaduw over zijn leven hangen. In dit fragment van zijn biografie ‘A propos’ geeft hij zijn versie van hoe alles begon in 1992, toen hij een relatie kreeg met Soon-Yi Previn, de 22-jarige adoptiedochter van Mia Farrow, de actrice met wie hij op dat moment samen was.
Op een middag zaten Soon-Yi en ik in mijn appartement. Ik had een polaroidcamera gekregen en helemaal in het begin van onze relatie, toen de lust nog regeerde en we niet van elkaar af konden blijven, ontstond het idee dat we wat erotische foto’s moesten maken. Het werden geweldige foto’s die je bloeddruk flink omhoog lieten schieten. Als een waar genie hield ik ze verborgen in een lade – maar niet allemaal, naar later bleek. Een aantal had ik op de schoorsteenmantel laten liggen, op ooghoogte, misschien ietsje hoger, en toen onze fotoshoot voorbij was en de rest veilig werd opgeborgen, bleven die foto’s daar liggen. Ze zeggen weleens dat als Napoleon een paar centimeter langer was geweest, de geschiedenis van Europa radicaal anders zou zijn geweest. Nou, als ik een paar centimeter langer was geweest, zou het bloedbad van het niveau van de napoleontische oorlogen niet hebben plaatsgevonden in Manhattan.
Ja, er lagen dus een aantal foto’s open en bloot, maar ik woonde alleen. Ik had wel een huishoudster die de boel schoonmaakte en afstofte en die had ze misschien wel zien liggen, maar zij was een Française, dus zij had ze vast bekeken met haar Europese wereldwijsheid. Alles veranderde toen Satchel (de zoon van Allen en Mia Farrow, nu bekend onder zijn tweede naam Ronan, red.) naar mijn appartement werd gebracht omdat hij elke week een sessie had met een kinderpsychiater. En soms bracht Mia hem zelf. Die maandag liep de behandeling van de jongen uit en begon zijn moeder ongeduldig heen en weer te lopen. Dat was het moment waarop haar blik op de schoorsteenmantel viel en ze de polaroids zag liggen. Uiteraard begrijp ik haar schok, haar ontzetting, haar woede. Het was een logische reactie. Soon-Yi en ik hadden gedacht dat we ons avontuurtje wel geheim konden houden, omdat ze niet meer thuis woonde. Ik dacht dat onze relatie een goede ervaring voor Soon-Yi zou zijn en ze uiteindelijk wel een leuke jongen zou ontmoeten op de universiteit. Het was langzaam begonnen, maar toen de bom eenmaal insloeg, bleek dat het echt was. Als de foto’s niet waren ontdekt, wie weet hoelang de uitgedoofde, comfortabele relatie met Mia, waarbij ik de kinderen bezocht in haar appartement, dan nog had geduurd? Had ik de foto’s daar expres laten liggen? Was dit mijn manier van een breuk forceren zonder dat ik het zelf besefte? Dat was niet zo. Het was gewoon de blunder van een sukkelige kluns.
Psychiaters zeggen weleens dat men in tijden van crisis alleen maar meer zichzelf wordt. De dag waarop Mia achter de affaire kwam, riep ze al haar kinderen bijeen. Nadat ze had gezegd dat ik Soon-Yi had verkracht – wat ertoe leidde dat Satchel, destijds 4, tegen mensen zei ‘mijn vader neukt mijn zusje’ – belde ze allerlei mensen op en vertelde ze hun dat ik haar minderjarige, zwakzinnige dochter had verkracht. Vervolgens sloot ze Soon-Yi op in haar slaapkamer, sloeg en schopte haar. Daarna belde ze me een paar keer midden in de nacht op om me te vertellen dat Soon-Yi zich enorm schuldig voelde en zelfmoord wilde plegen. Ze is een goede actrice en wanneer je om drie uur ’s nachts wakker wordt gebeld door een hysterische vrouw die je vertelt dat iemand suïcidaal is, dan is dat behoorlijk verontrustend. Zodra ze het huis uit was, belde Soon-Yi me meteen op om te zeggen dat ze helemaal niet suïcidaal was en ook geen seconde spijt had van onze tijd samen, maar dat Mia haar had opgesloten en geregeld gewelddadig was.
Waarom vroeg ik Soon-Yi niet gewoon daar weg te gaan en bij mij te komen wonen? Omdat het bezoekrecht en de voogdij over mijn kinderen een groot probleem waren en ik volgens mijn advocaat zeer voorzichtig moest zijn tot deze hele kwestie was opgelost. Ik probeerde de problemen van Soon-Yi in balans te houden met de problemen die ik zelf had met betrekking tot Dylan, Moses en Satchel. Het enige advies dat ik Soon-Yi kon geven was om ‘vol te houden’. Dit alles vond plaats gedurende een periode van slechts een paar weken. Soon-Yi ging een tijdje bij een vriendin wonen en al snel waren we weer samen. Toch vonden we het nog steeds beter dat ze niet bij mij introk vanwege de verwikkelingen rond het bezoekrecht en de voogdij over de kinderen. Dat zou voor mij geen goede onderhandelingspositie zijn geweest.
DE ULTIEME WRAAK
Het was rond die tijd dat Mia het beruchte telefoontje pleegde naar mijn zus. Ze zei tegen haar: ‘Hij heeft mijn dochter afgepakt, nu ga ik de zijne afpakken.’ Een ander scheldtelefoontje, dit keer aan mij, eindigde met: ‘Ik heb iets voor je gepland staan’. Ik grapte nog dat een autobom wel een heel erg disproportionele reactie zou zijn. ‘Het is veel erger,’ zei ze. Pogingen om de situatie te de-escaleren werkten niet. Ik had uiteraard makkelijk praten omdat zij degene was die was gekwetst, maar wat ze in haar woede deed, overschreed elke grens van wat begrijpelijk, onvergeeflijk en gewetenloos is. Niet alleen was het boosaardig richting mij, maar ook nog eens vreselijk voor de arme Dylan, die net 7 was geworden en dus veel te jong was om een standpunt te kunnen hebben. Ze dacht absoluut niet na over de effecten die het zou hebben voor haar zoon Satchel, die ze altijd de hemel in prees en die al vanaf zijn 4de te horen kreeg dat hij zijn verkrachtende vader moest haten. Tevergeefs probeerde ik de boel een beetje te beredeneren: onze relatie was doodgebloed, we waren al jaren niet meer intiem geweest, Soon-Yi was geen kind meer maar een student, ze was niet zwakzinnig, niet minderjarig, en ja, het was nogal een puinhoop, maar konden we niet proberen om deze puinhoop, die ik inderdaad had veroorzaakt, op te lossen door rustig te blijven en proberen het aan de kinderen uit te leggen?
Op een zaterdag aan het begin van een zomer bracht ik een bezoek aan Mia’s buitenhuis om met de kinderen te gaan barbecueën. Het was een tijdelijk recht dat we overeen waren gekomen. Wat er mij ook voor festiviteiten of Frankfurter worstjes te wachten stonden, ik probeerde gewoon te genieten van mijn momenten met Dylan, Moses en, indien mogelijk, Satchel. Toen ik weer naar mijn kamer liep, vond ik een briefje van Mia op de deur. Er stond op: ‘Kindermisbruiker op barbecue. Eén dochter is al misbruikt, nu achter de ander aan.’
Ik wist dat Mia graag aan mensen vertelde dat ik haar minderjarige dochter misbruikte terwijl Soon-Yi al lang 22 was en dat onze liefde, die uiteindelijk leidde tot een huwelijk dat nu al meer dan twintig jaar duurt, nou niet bepaald misbruik was. Vergeet niet dat dit akelige briefje op mijn deur voorafging aan elke suggestie van misbruik. Legde ze hier soms de basis van wat uiteindelijk een val zou worden?
Op 4 augustus 1992 ga ik naar Connecticut om mijn kinderen te zien. Het is een saaie middag. Mia gaat winkelen terwijl ik wat tv-kijk in een kamer vol mensen die allemaal de opdracht hebben gekregen een oogje op me te houden. Ik loop alleen naar het zwembad terwijl de rest tv blijft kijken, ik pleeg een paar telefoontjes om de tijd te doden. Al snel komt Mia terug. We besluiten dat ik zal overnachten in de logeerkamer en dat Mia en ik later die avond samen zullen dineren om verder te praten over zowel voogdij als bezoekrecht. We gaan naar de stad en eten snel wat. De sfeer is, laat ik zeggen, ijzig. De volgende morgen sta ik op, ontbijt, breng een uurtje door met Dylan en Satchel terwijl zij enthousiast alle speelgoed in de catalogus aanvinken waarvan ze willen dat ik het de volgende keer meebreng. We hadden een geweldige ochtend samen. ’s Anderendaags bezoek ik Susan Coates voor een geplande afspraak. Susan Coates was Dylans psych, met wie ik overlegde over mijn eigen positie en wat het beste was voor de kinderen. Het was tijdens die afspraak dat ze me vertelde dat ik werd beschuldigd van misbruik en dat ze dit moest melden, want dat was de wet. Ik was met stomheid geslagen en kon het niet geloven. Ik vond het een belachelijke veronderstelling. Maar ik zei: geen probleem, meld het maar. Coates zou getuigen dat ik, in tegenstelling tot echte verkrachters, geen enkele poging deed haar ervan te weerhouden om het te melden. Dat kwam omdat ik ook niks had gedaan. Bovendien ging ik ervan uit dat geen enkel weldenkend mens serieus zou geloven dat ik iemand zou misbruiken.
Wat er was gebeurd, was dat tijdens mijn bezoek aan het buitenhuis, toen Mia even was gaan winkelen, ze tegen iedereen had gezegd dat ik goed in de gaten gehouden moest worden. Alle kinderen en de babysitters zaten in de kamer tv te kijken. Het was nogal vol en voor mij was er amper plek, en dus ging ik maar op de vloer zitten. Toen heb ik waarschijnlijk even mijn hoofd achterovergeleund en op Dylans schoot gelegd. In elk geval heb ik niets ongepast gedaan. Ik zat midden op de dag in een kamer vol mensen tv te kijken.
Alison, de zenuwachtige babysitter van de kinderen van Mia’s vriendin, zei tegen haar werkgever Casey dat ik op een bepaald moment mijn hoofd op Dylans schoot had gelegd. Een volkomen onschuldig iets en zeker niet ongepast. Niemand zei me dat ik Dylan daarmee lastigviel, maar toen Casey de volgende dag Mia belde om te zeggen dat haar babysitter had gezegd dat ik mijn hoofd op Dylans schoot had gelegd, rende Mia naar Dylan. Volgens Monica, de nanny, zei ze toen: ‘Nu heb ik hem.’ Het verhaal van het hoofd op de schoot veranderde na verloop van tijd in dat ik haar op zolder zou hebben misbruikt. Tot dat moment was de gedachte dat ik misschien weleens een strafrechtadvocaat nodig zou kunnen hebben nooit bij me opgekomen. Ik had een echtscheidingsadvocaat die voortdurend in contact stond met Mia’s advocaat, maar ik had niet kunnen bedenken dat een niet-bestaand voorval, verzonnen door een vrouw die op zoek was naar de ultieme wraak, zou uitlopen op een internationaal drama, dat vele miljoenen dollars zou kosten en vele levens zou raken.
GLUIPERIG VRIENDJE
Probeer het eens vanuit mijn perspectief te zien. Ik heb Dylan nooit met een vinger aangeraakt, haar nooit iets aangedaan wat ook maar opgevat zou kunnen worden als misbruik; het was van het begin tot het einde een verzinsel, elk subatomair deeltje ervan. De totale logica ervan ontging mij. Ik bedoel, waarom zou een 57-jarige man die nog nooit in zijn leven is beschuldigd van enige ongepastheden, terwijl hij midden in een zeer controversiële en zeer publiekelijke voogdijzaak zit, naar de vijandige omgeving van het buitenhuis rijden dat eigendom is van de vrouw die een grondige haat voor hem voelt, en in een huis vol mensen die aan haar kant staan; deze man, die dolgelukkig is omdat hij zojuist de liefde van zijn leven heeft gevonden, een vrouw met wie hij zou gaan trouwen en een gezin mee zou gaan stichten; waarom zou die man die plek en dat tijdstip uitkiezen om een kindermisbruiker te worden en zijn 7-jarige dochter te misbruiken van wie hij zeer veel hield? Het tartte ieders gezond verstand.
En toch leidde het tot niet één, maar twee grote onderzoeken. Eentje door de Child Sexual Abuse Clinic van het Yale New Haven Hospital, die door de politie werd ingeschakeld bij dergelijke zaken, en eentje door de New York State Child Welfare. Ik citeer hier uit de geschreven conclusie van het eerste onderzoek: ‘Het is onze deskundige mening dat Dylan niet misbruikt is door Mr. Allen. Ook zijn wij van mening dat de verklaringen van Dylan op videoband aan ons tijdens onze evaluatie niet verwijzen naar feitelijke gebeurtenissen die hebben plaatsgevonden op 4 augustus 1992…’ Behalve door de onderzoekers van Yale werd de beschuldiging van misbruik ook verworpen door de onderzoekers van de New York State Child Welfare, die de zaak veertien maanden lang zeer nauwgezet onderzochten. Zij kwamen uiteindelijk tot de volgende conclusie, en ik citeer uit de brief die ik ontving op 7 oktober 1993: ‘Er is geen geloofwaardig bewijs gevonden dat het kind dat in dit verslag wordt genoemd misbruikt of mishandeld is. Dit verslag wordt aldus beschouwd als ongegrond.’
Maar voorafgaand aan het uitkomen van deze rapporten was er nog wel een voogdijhoorzitting. Er zijn nog steeds mensen die geloven dat de voogdijhoorzitting een soort van proces was en dat het mij op de één of andere manier was gelukt om vrijuit te gaan. Er zijn ook nog steeds mafketels die denken dat ik getrouwd ben met mijn dochter, die denken dat Soon-Yi mijn kind was, die denken dat Mia mijn vrouw was, die denken dat ik Soon-Yi heb geadopteerd, die denken dat Obama geen Amerikaan is. Maar er is nooit een proces geweest. Ik ben nooit ergens van beschuldigd, omdat het voor de rechercheurs duidelijk was dat er nooit iets is gebeurd.
De voogdijzaak werd voorgezeten door rechter Eliot Wilk, die vanaf het moment dat hij me zag een grondige hekel aan me had. En wie kon het hem kwalijk nemen? Vanuit zijn perspectief had deze geweldige, mooie moeder die gehandicapte kinderen adopteerde vertrouwen gehad in dit gluiperige, achterbakse vriendje, een wellusteling die haar 35 jaar jongere dochter had verleid en vervolgens had uitgebuit voor een paar pornografische foto’s. Hij en ik mochten elkaar niet en we deden ook allebei geen enkele moeite dat te verbergen.
De onverantwoordelijke ellende van Wilk ging ook veel verder dan mijn ervaring met hem. Een kinderpsycholoog vertelde me namelijk dat de ergste zaken waar hij mee te maken kreeg zonder uitzondering veroorzaakt waren door het slechte beoordelingsvermogen van Wilk. Een huilende vrouw vertelde me dat Wilk tegen haar had geoordeeld omdat ze een zittingsdatum had moeten uitstellen om aanwezig te kunnen zijn bij de verjaardag van haar kind. Een andere vrouw vertelde me dat hij een uitspraak in haar voordeel had gedaan, maar dat hij weigerde om deze uitspraak te bekrachtigen en dat het dus net was alsof ze haar zaak toch had verloren. En dan was er ook nog de getalenteerde fotograaf Lynn Goldsmith, die me het volgende verhaal vertelde. Ze had voor rechter Wilk gestaan voor een zaak die in haar voordeel uitviel. Een dag later stond hij ineens onaangekondigd bij haar op de stoep en probeerde hij bij haar in bed te komen. Het maakte hem niet uit toen zij weigerde en zei dat hij getrouwd was. Hij bleef aandringen, maar uiteindelijk lukte het haar toch om hem weg te sturen. Als dat niet het uitbuiten van je status is. En dat is dus het soort man aan wiens genade ik was overgeleverd. (Wilk schreef in zijn besluit onder meer dat Allens gedrag tegenover Dylan ‘erg ongepast was en dat er maatregelen moesten worden genomen om haar te beschermen’. En dat er ‘geen geloofwaardig bewijs is dat Farrow gehandeld zou hebben uit wraak’, red.)
Toen de Yale-onderzoekers concludeerden dat Mia Dylan naar alle waarschijnlijkheid dingen had aangepraat en er geen misbruik had plaatsgevonden, vond ik dat hij in elk geval de zaak met een rechtvaardiger blik had moeten bekijken. Maar het was duidelijk dat hij hartgrondig teleurgesteld was in het resultaat van het onderzoek en zijn uiterste best deed om zijn gezicht te kunnen redden, waarbij hij ook nog eens kritiek leverde op Yale omdat ze hun rapporten hadden vernietigd. Maar zoals bleek, was dat de standaardprocedure bij zowel Yale als de FBI in verband met de privacy, en je kunt wel raden dat als Yale tot de conclusie was gekomen dat ik Dylan wel had misbruikt, Wilk het geen enkel probleem zou hebben gevonden dat de rapporten waren vernietigd en hij ze met liefde zou hebben laten herdrukken. In gouden letters. (Wilk liet het rapport niet toe als bewijsmateriaal omdat hij vragen had bij de betrouwbaarheid ervan en de werkwijze van het team. Dat bestond uit twee sociaal assistenten en een kinderarts, waarbij die laatste Dylan of Mia nooit gesproken heeft, red.).
De politiezaak werd geleid door Frank Maco, die Yale inhuurde. Die arme Maco moet er kapot van zijn geweest toen Yale vaststelde dat er geen misbruik had plaatsgevonden. Zo’n spraakmakende zaak zou geweldig zijn geweest voor zijn carrière, maar niet als hij had verloren. Hij hield de zaak nog maanden aan gedurende de voogdijzitting. Dat had geen enkel doel behalve dan dat het heel handig was voor Mia’s kant. Maar waarom? Welk voordeel zou hij eruit kunnen halen als hij me zou beschadigen? Sandy Boluch en Judy Hollister (babysitster en huishoudster bij Mia Farrow, red.) beschreven afzonderlijk hoe Maco zo nu en dan onaangekondigd ten tonele verscheen, ruikend naar goedkope aftershave (hun woorden), en dat Mia zich dan netjes aankleedde en zich opmaakte en dat ze dan samen gingen lunchen. Blijkbaar was dat Maco’s idee van een onafhankelijk, onbevooroordeeld onderzoek. Het was erg vreemd toen Maco de zaak uiteindelijk liet vallen en zei dat hij er wel mee verder had kunnen gaan, maar dat hij Dylan niet van streek wilde maken. Dat het open laten staan van de vraag of ik schuldig of onschuldig ben (hoewel was vastgesteld dat er geen misbruik had plaatsgevonden) een cadeautje was voor Mia, valt niet te ontkennen. Maar laten we eerlijk zijn, denk je nou echt dat hij uiteindelijk de zaak heeft gesloten omdat hij Dylan niet wilde kwetsen? De waarheid was dat Maco een trieste schlemiel was die volgens mij zowel zijn eigen rechterarm als Dylans beide armen zou hebben gegeven om tot vervolging over te gaan als hij ook maar de kleinste kans zou hebben gehad op een overwinning.
Ondanks de vooringenomen reactie van Wilk op het Yalerapport en de huichelachtige opmerkingen van de rechter in een poging zijn gezicht te redden, hield het stand als een deugdelijk, omvangrijk rapport met een juiste conclusie. Het onderzoek nam zes maanden in beslag, iedere denkbaar relevante persoon werd verhoord, Dylan negen keer, ik en Mia, de babysitters, de dienstmeisjes. En toen gingen de dromen van Maco en Wilk om de held te spelen voor Mia in rook op. De voogdijzaak was voorbij en net als Maco deed rechter Wilk zijn best een samenvatting te schrijven die zo schadelijk mogelijk was voor mij. Maar het beste wat hij kon verzinnen in een poging het rapport te torpederen, was het volgende: ‘Ik ben er minder van overtuigd... dan het Yale New Haven-team dat het bewijs onomstotelijk vaststelt dat er geen seksueel misbruik heeft plaatsgevonden.’ Uiteraard had Wilk nooit enig onderzoek gedaan en baseerde hij zijn conclusie slechts op wishful thinking, terwijl Yale New Haven de zaak maandenlang minutieus had onderzocht.
NOG STEEDS WELKOM
Wat betreft de obscene vraag die mensen me altijd stellen: was er ooit sprake van geflikflooi tussen Maco en Mia, of Wilk en Mia? Ik kan dat moeilijk geloven, maar ik ben dan ook best wel naïef wat betreft dergelijke zaken. Ik verachtte Maco en had geen enkel respect voor Wilk, maar dat is alles wat ik kan zeggen. Dankzij Wilk kan het kind haar vader niet meer zien en is ze volledig overgeleverd aan de controle van haar intimiderende, sturende, naakt filmende moeder. Ik mocht nooit meer contact met haar hebben en dus heb ik Dylan ook nooit meer gesproken sinds haar 7de. Dat was niet alleen een enorme klap voor mij, maar ook een wrede daad tegenover Dylan. Het was tevens de ultieme ‘Jij hebt mijn dochter gepakt, nu pak ik de jouwe’-wraak. Ik adoreerde Dylan en van kleins af aan bracht ik altijd zoveel mogelijk tijd met haar door. Ik speelde met haar en kocht een oneindige hoeveelheid speelgoed, poppen, teddyberen en My Little Pony’s voor haar. Ik was er dus kapot van toen Mia’s plan bleek te werken en de rechter haar kant koos en ervoor zorgde dat ik Dylan niet meer te zien zou krijgen. Een jaar lang droomde ik ervan dat ze naar me toe kwam. Maar elke poging die ik deed om haar te schrijven, met haar te praten, werd tegengewerkt. Toen ze wat ouder werd en ik vermoedde dat ze zich nu wel zou realiseren hoe ze werd gebruikt, schreef ik haar lieve korte briefjes, waarin ik vroeg hoe het met haar ging. Maar deze brieven werden allemaal onderschept door Ronan en ik kreeg alleen maar korte, ontwijkende antwoorden die begonnen met: ‘Ik heb Dylan over je brief verteld maar ze is niet geïnteresseerd.’
Eén van de ergste dingen die me ooit zijn overkomen, is dat ik Dylan nooit heb kunnen opvoeden en dat ik er alleen maar van zou kunnen dromen haar Manhattan te laten zien of de geneugten van Parijs en Rome. Tot op de dag van vandaag zouden Soon-Yi en ik Dylan met open armen ontvangen als ze ooit contact zou opnemen.
Woody Allen, ‘A propos’, Prometheus.