null Beeld

100 beste films

#68: 'The Long Good Friday' (John Mackenzie, 1980)

Humo's filmjournalist Erik Stockman presenteert: de 100 beste films aller tijden! Of liever: een hoogstpersoonlijke, dwarse hitparade van films die, althans volgens (es), de blikkerende tand des tijds hebben doorstaan. Een onconventioneel rariteitenkabinet waarvan de deuren telkens op woensdag, vrijdag en zondag wijdopen zwaaien. Vandaag: 'The Long Good Friday' van John Mackenzie. Licht, camera, actie!

Erik Stockman

Ronnie en Reggie Kray uit ‘The Krays’, Johnny Bannion uit ‘The Criminal’, Charles Bronson uit ‘Bronson’: Londense gangsters vormen een ras apart.

Ook al zitten ze messcherp in het krijtpak, dragen ze aan iedere pink een joekel van een gouden ring en hangt er te allen tijde een overdreven geschminkt blond mokkel aan hun elleboog, er komt altijd een moment dat die kerels niet langer kunnen verbergen dat ze uit de East End komen en eigenlijk alleen maar omhooggevallen hooligans zijn. In de pub een pint Guinness op de rand van de toog kapotslaan en het afgebroken glas in uw smoel rammen: we zien het Don Corleone niet zo gauw doen – die laat zijn paardenkoppen netjes aan huis leveren – maar Harold Shand (Bob Hoskins), de hoofdfiguur uit ‘The Long Good Friday’, bijvoorbeeld wél.

Harold, die zijn intrede maakt terwijl componist Francis Monkman een werkelijk fantastische synthesizerdeun laat weerklinken, is één van de meest legendarische gangsters uit de filmgeschiedenis; in de galerij der memorabele bendebazen staat hij pal naast Tony Montana.

In het begin van het verhaal gaat het Harold voor de wind: hij is de onbetwiste koning van de Londense onderwereld, waar door zijn toedoen nu al tien jaar vrede heerst tussen de verschillende stadsbendes; hij rijdt in een Rolls en eet kreeft op het dek van zijn eigen luxejacht; én hij heeft een knappe, verstandige vrouw (Helen Mirren).

Maar dan, nét wanneer Harold op het punt staat om een belangrijke zakendeal te sluiten met de Amerikaanse maffia (‘De grootste deal in Europa sinds Hitler een swastika op z’n suspensoir naaide!’), begint zijn wereld in elkaar te storten: enkele trouwe medewerkers worden vermoord; zijn Rolls vliegt de lucht in (chauffeur inbegrepen); in één van zijn casino’s wordt een tijdbom aangetroffen.

Harold is met stomheid geslagen: ‘It’s like fuckin’ Belfast on a hard night!’ (voor de kleintjes onder u: Belfast was in de jaren 70 en 80 een ietwat gevaarlijke stad). Iemand wil Harold en zijn organisatie te grazen nemen, zoveel is duidelijk, maar wie? ‘Who’s having a go at me?’ is een vraag die we de verbijsterde Harold vaak zullen horen stellen tijdens de langste Goede Vrijdag uit zijn leven. En kreeft bellevue op tafel of niet, ineens kan Harold niet langer verbergen wie hij echt is: een agressief straatboefje dat er niet voor zou terugdeinzen om u, indien u hem iets te veel zou irriteren, de tanden uit uw bek te slaan.

Die tien jaar vrede blaast hij in een dolle paniekreactie onmiddellijk op – legendarisch is de scène waarin hij de andere Londense gangsterbazen aan vleeshaken ophangt en wild spartelend het abattoir laat binnenschuiven. Wat een genoegen trouwens om Harold en zijn kornuiten in dat onnavolgbare Cockney rhyming slang bezig te horen: ‘Someone’s been playing Guy Fawkes with my balls and a touch of Jaws in the Lido, that’s what’s up, mate.’ Tip van het huis: zonder ondertiteling op het scherm moet u echt niet aan ‘The Long Good Friday’ beginnen. En Hoskins, in zijn grote doorbraakrol, is fenomenaal; hoe sneu dat deze onlangs overleden klasbak is moeten eindigen als dwerg in ‘Snow White and the Huntsman’.

We stippen ook aan dat ‘The Long Good Friday’ erg belangrijk is geweest voor onze persoonlijke dresscode. De combinatie leren seventiesjas plus coltrui? Voor het eerst gezien in ‘The Long Good Friday’.

Yep, dit is één van de allerbeste Britse gangsterfilms aller tijden, maar daarnaast laat ‘The Long Good Friday’ zich ook bekijken als een meeslepend portret van een tragisch man. Harold droomt samen met zijn maffiavrienden van een ‘nieuw London’, een bloeiende metropool die de hoofdstad van het eengemaakte Europa kan worden, maar wat hij niet snapt, is dat er voor hem, de ordinaire Cockneygangster, geen plaats is in die moderne kapitalistische wereld; wat hij niet ziet, is dat er krachten in het spel zijn die zijn petje te boven gaan; wat hij niet beseft, is dat hij allang is verworden tot een relikwie. Vooral dat laatste neemt ons geweldig voor hem in: per slot van rekening worden we vroeg of laat allemáál een relikwie.

In de allerlaatste scène, niet alleen de beroemdste scène uit de film maar tevens één van de beroemdste scènes uit de filmgeschiedenis, wordt Harold – vette spoiler op komst! – op de achterbank van een zwarte Jaguar onder schot gehouden door een killer die wordt vertolkt door de piepjonge Pierce Brosnan (in zijn allereerste rol). En terwijl regisseur John Mackenzie (‘The Fourth Protocol’, ‘The Honorary Consul’) zijn camera minutenlang strak op Harolds gezicht gericht houdt, en terwijl die verscheurende synthesizers nog één keer tekeer mogen gaan, zien we hoe het allemaal in één klap tot de wild knarsentandende Harold (Hoskins’ onderste snijtanden verdienden een Oscar) doordringt: zijn vergissingen, zijn nederlaag, zijn domheid, zijn hoogmoed, het besef dat hij alles heeft verloren, en uiteindelijk ook het besef dat zijn uren zijn geteld. En ineens wordt die soundtrack van Francis Monkman ook een beetje de soundtrack van onze eigen tragiek; want wij zijn allemáál een beetje Harold.

Bekijk de trailer van 'The Long Good Friday':

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234