FILM★★★☆☆
‘Adam & Eva’ bezit een bewonderenswaardige eenvoud die in zogenaamd prestigieuze Vlaamse films soms ver te zoeken is
Van Nicolaas Rahoens, met Bob De Moor, Marijn Devalck en Peggy Schepens
De volksfilm is niet dood.
In zekere zin past het door Nicolaas Rahoens geregisseerde, geschreven en gemonteerde ‘Adam & Eva’ in de traditie van de volksfilms uit de pioniersdagen van de Vlaamse cinema: laagdrempelige regionale rolprenten die meer bedoeld zijn voor de bezoekers van de dorpscinema in Aalter dan voor het arthousepubliek. Ermee rekening houdend dat deze tragikomedie over een in ongenade gevallen professor tot stand kwam met een belachelijk klein budget, en dat de rollen werden vertolkt door een mix van amateurs en professionals, zien we de gebreken – de uitleggerige voice-over, het soms dik aangezette sentiment – dan ook graag door de vingers. Meer nog: in het hart van het soms oprecht ontroerende ‘Adam & Eva’ pompen goede streekbieren, tussen De Moor en Devalck vonkt mooie chemistry, en het geheel bezit een bewonderenswaardige eenvoud die in zogenaamd prestigieuze Vlaamse films en series soms ver te zoeken is.
Vanaf 23 februari in de bioscoop.