17052023 WVV MECHELEN BELGIE Monogamie

Portret van Inge Van Utterbeeck en Frank Reymenants, Mechelen. Beeld Wouter Van Vooren
17052023 WVV MECHELEN BELGIE MonogamiePortret van Inge Van Utterbeeck en Frank Reymenants, Mechelen.Beeld Wouter Van Vooren

Poly-amorie

‘Andere geliefden zijn ook belangrijk, maar als het erop aankomt, kiezen wij voor elkaar’

Steeds meer mensen geven aan dat ze geen bezwaar hebben tegen niet-monogame relaties, maar in de praktijk durven weinigen ervoor te kiezen. Drie polyamoristen getuigen over de voor- en nadelen van relatiediversiteit. ‘Met verschillende liefdespartners ervaar je net minder druk.’

Paul Notelteirs

‘Toen we elkaar leerden kennen, werd nooit uitgesproken dat we op een bepaald moment meerdere relaties tegelijkertijd zouden willen.’ Toen Inge Van Utterbeeck (32) in de zomer van 2010 een kompaan voor een groepsreis zocht, veranderde de reactie van Frank Reymenants (40) haar leven.

De man was lid van dezelfde kookclub als haar ouders en stelde zich via Facebook kandidaat om mee te gaan. Tijdens een eerste afspraak genoot zij van de manier waarop hij rekening hield met haar gevoelens en hij bewondering had voor haar zelfstandigheid en zachte karakter.

‘Ik wist meteen dat Inge mijn leven in twee zou delen. Er was een voor en een na haar’, zegt Reymenants. De aantrekkingskracht is ontegensprekelijk aanwezig. Maar voor de vonk oversloeg, sneuvelden eerst enkele romantische clichés.

‘Ik ben polyamoureus’, vertelt Reymenants. Concreet betekent het dat hij ervoor openstaat om verschillende relaties tegelijkertijd te onderhouden. Vandaag praat hij helder en open over wat hij wil, maar initieel was het niet evident om dat aan zichzelf en aan partners toe te geven.

Nadat Reymenants na een ‘verstikkende’ relatie als jonge twintiger van het vrijgezellenbestaan had geproefd, had hij het later moeilijk om die vrijheid weer op te geven. In relaties kon hij niet meer trouw blijven en het duurde even voor hij iemand ontmoette die bewees dat ethische niet-monogamie ook een optie is.

‘Inge was ook op de hoogte van mijn voorkeuren, maar we hebben er niet veel over gepraat’, zegt Reymenants. Toen het duo enkele maanden na hun ontmoeting een koppel werd, leefden ze dan ook monogaam. ‘We wilden eerst het fundament van onze relatie goed krijgen en pas daarna experimenteren.’

Samen experimenteren

De overgang naar een niet-monogame relatie verliep geleidelijk. Na enkele jaren lief en leed met elkaar te delen, experimenteerde het koppel op seksueel vlak samen met anderen. Toen Van Utterbeeck zwanger bleek te zijn van Reymenants, wilde ze hem zijn vrijheid niet ontzeggen.

‘Het was even genoeg voor mij, maar hij hoefde niet te stoppen. We spraken af dat hij contact met anderen mocht hebben, zolang daar geen amoureuze gevoelens bij kwamen kijken.’ Het was een keuze die voor sommige buitenstaanders misschien niet evident klinkt, maar de partners vertrouwden elkaar genoeg voor een open relatie.

Toen Reymenants iemand ontmoette waarmee het echt klikte, vond Van Utterbeeck niet dat hij die gevoelens moest onderdrukken. ‘Ik zei hem dat het voelde alsof hij een latrelatie had. Dat was oké voor mij, zolang ik maar de prioriteit bleef.’

Reymenants begon een tweede relatie en onderschreef de zogenaamde ‘keukentafelpolyamorie’. Daarbij leren de verschillende partners elkaar kennen en doen ze bij gelegenheid activiteiten samen. ‘Ik heb ooit een relatie gehad met een vrouw die samen was met iemand anders. De verstandhouding met die man liep heel moeilijk en de relatie liep spaak. Daarom vind ik het heel belangrijk dat alle partners elkaar respecteren,’ zegt Reymenants.

Van Utterbeeck is het daarmee eens en heeft er geen moeite mee dat hun twee kinderen (4 en 5 jaar oud) contact hebben met de geliefden van hun vader. ‘Een van Franks vorige partners was hier kind aan huis. De kinderen zagen die vrouw gewoon als een vriendin, ze zijn nog te jong om het te snappen. Als papa een nacht niet thuis slaapt, is hij bij zijn vriendin. Niet bij zijn lief.’

Vandaag hebben Reymenants en Van Utterbeeck allebei nog een andere geliefde. Hun vrienden en familie zijn daarvan op de hoogte en reageren positief. Die tolerante houding is op zich niet zo verrassend voor wie vertrouwd is met recent onderzoek naar relatiediversiteit.

Relationele revolutie

‘Internationale cijfers tonen aan dat 1,6 tot 5 procent van de algemene bevolking momenteel in een consensuele niet-monogame relatie zit’, zegt seksuoloog Els Elaut (UGent). De tolerantie neemt toe en in Noord-Amerikaans onderzoek geeft ongeveer 20 procent van de bevraagden aan ooit tijdelijk van de monogamie afgestapt te zijn.

‘In de jaren zestig maakten we een seksuele revolutie mee, nu is er een relationele revolutie,’ zegt Rhea Darens, therapeut en auteur van het boek ‘Een open relatie: niet voor watjes’.

Aangezien vier op de tien huwelijken eindigen met een scheiding is het niet onlogisch dat mensen zich afvragen of het wel zo’n zaligmakend idee is om hun amoureuze en seksuele leven slechts met één iemand te delen. Non-monogamie is daarbij een huis met vele kamers: van open relaties tot swingen of polyamorie.

Het geloof in de monogamie neemt af, maar dat wil niet zeggen dat alle afvalligen klaar zijn om het scala aan alternatieve relatievormen te ontdekken. Hoewel 65 procent van de bevraagden in Knacks grote seksenquête aangaf geen bezwaar tegen polyamorie te hebben, had slechts 3 procent effectief een polyamoureuze relatie.

‘Mensen geloven vaak dat liefde bepaalt of een polyamoureuze relatie kan werken, maar het heeft veel meer te maken met hoe goed je samen met rouw of pijn kunt omgaan,’ zegt Darens. Aangezien de westerse cultuur monogamie als de ideale relatievorm beschouwt, kan het moeilijk zijn wanneer je partner daarvan wil afstappen. ‘Elke verandering gaat gepaard met een fase van rouw, daar moet voldoende ruimte voor bestaan. Anders zullen de jaloezie en onzekerheid niet verdwijnen,’ zegt Darens.

In de praktijk is het lang niet altijd evident om die adviezen op te volgen. Zeker als een relatie al lang duurt en partners andere verwachtingen hebben, is het complex om nog een gesprek op gang te brengen. Het is onmogelijk dat één persoon het ideale luisterend oor, de perfecte bedpartner en de best mogelijke ouder voor eventuele kinderen is. Dat benoemen, komt echter nog vaak over als een aanval op iemands identiteit.

Sabine Evenepoel (32) was zo al vijftien jaar samen met haar vriend toen haar moeder overleed. De tragische gebeurtenis deed haar ook haar eigen levenskeuzes heroverwegen. ‘We kregen jong kinderen en waren lang vooral met ons gezin bezig. Tot ik mezelf plots afvroeg of ik nu nooit meer met een andere man samen kon zijn. Ik besefte plots wat ik miste’, vertelt ze.

Evenepoel en haar partner besloten de stekker uit hun huwelijk te trekken en even later werd ze verliefd op een andere man. Alleen vond ze het niet evident om afscheid van haar oude leven te nemen. Ze miste de veilige omgeving van haar gezin en gaf de relatie met de vader van haar kinderen een tweede kans. De afspraak was daarbij dat zij haar ‘vriend met voordelen’ mocht blijven zien, maar het was lastig om de veranderde verhoudingen te aanvaarden.

‘Mijn vriend zei eerst dat ik mocht daten zolang er plaats in mijn hart bleef voor hem. Tot hij later plots wilde weten hoe vaak ik met die andere man afsprak en wat we samen deden,’ vertelt Evenepoel. ‘Daarnaast vond ik het zelf gek om na een date thuis te komen en naast mijn vriend in bed te kruipen. Met mijn hart en mijn hoofd was ik nog bij die andere man.’

Na enkele maanden kwam er een definitief einde aan de liefdesrelatie tussen Evenepoel en haar vriend. Ze woonde nog samen met hem, maar was er ondertussen van overtuigd dat monogamie haar niet lag. Ze voelde wel wat voor polyamorie, al was het nog vroeg om er een label op te kleven.

‘In de toekomst wil ik de ruimte krijgen om meerdere mensen graag te zien, zonder rangorde. Als je beseft dat je niet alles voor de ander kan zijn, neemt de druk sowieso af,’ vertelt ze.

Communiceren is de sleutel

Wie monogaam is en al moeite heeft om een goede partner voor één geliefde te zijn, schrikt misschien bij de gedachte om meerdere gelijktijdige liefdesrelaties aan te knopen. Er zijn alleszins meer verhalen om te aanhoren, meer verjaardagen om te vergeten en extra schouders om te masseren.

Een van de belangrijkste factoren die het succes van zo’n relatie bepalen, is volgens Reymenants en Van Utterbeeck communicatie. Na al die jaren zijn ze zelf soms nog jaloers wanneer een van hen bij de andere geliefde is.

‘Het moeilijkste is om een balans te vinden en rekening te houden met elkaars gevoelens. Je moet even hard werken aan de gemoedsrust van je eerdere geliefde als aan die van de nieuwe persoon in je leven,’ zegt Reymenants. Het is een uitdaging die ze echter graag aangaan. ‘Het heeft een sterkere band tussen ons gecreëerd. We vinden het fantastisch om het met elkaar te delen als we op iemand anders verliefd worden.’

Reymenants en Van Utterbeeck genieten van hun avonturen met anderen, maar ze kiezen ondertussen wel voor hiërarchische polyamorie. Dat wil zeggen dat ze elkaar als de primaire partner zien. ‘Inge is mijn anker, bij haar kom ik thuis. Andere geliefden zijn ook belangrijk, maar als het erop aankomt, kiezen wij voor elkaar.’

Intuïtief gaat die hiërarchische organisatie misschien in tegen de idee dat mensen verschillende relaties kunnen aanknopen die even waardevol zijn, maar in haar praktijk merkt Darens dagelijks dat het voor polyamoureuze burgers niet eenvoudig is om aan die primaire relatie te ontkomen. ‘Samen kinderen opvoeden, een huishouden runnen of de duur van de relatie kunnen daar invloed op hebben’, vertelt ze.

Niet monogaam, wel duurzaam

Wat de toekomst voor monogamie in petto heeft, valt moeilijk te voorspellen. Darens merkt dat jonge mensen het vandaag vaker evident vinden om eerst met exclusiviteit te experimenten voor ze in een vaste relatie stappen.

Toch is het niet zo dat zij per definitie toleranter voor non-monogame relatievormen zijn dan ouderen. In 2021 voerde Elaut samen met endocrinoloog Guy T’Sjoen en de studenten van de opleiding seksuologie aan de UGent een groot onderzoek naar relatiediversiteit. Daaruit bleek dat wat ouder zijn (van 41 tot 56 jaar) en ervaring hebben met consensuele non-monogamie een liberalere attitude tegenover de relatievormen voorspelden.

Jongeren afschilderen als een groep die per definitie toleranter is, is dus onterecht. Uit het onderzoek van de UGent kon geen gemiddeld profiel van de consensuele niet-monogame burger afgeleid worden, maar Elaut vertelt wel dat het om een diverse groep gaat. Het cliché dat voornamelijk homoseksuele en biseksuele mannen met die monogamie breken, klopt alleszins niet.

Wat wel zeker is, is dat de relationele revolutie waar Darens het over heeft met onzekerheden en veranderende waarden gepaard gaat. ‘Ik hoop dat we bij relaties in de toekomst de klemtoon van monogamie naar duurzaamheid verschuiven,’ zegt ze.

Volgens haar kan er dan binnen eenzelfde relatie ruimte zijn voor meer en minder monogame fases. ‘Voor de veilige hechting tussen partners is het wel belangrijk dat er open communicatie is en dat koppels er tijd voor nemen. De langzaamste moet daarin het tempo bepalen.’

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234