FILM★★½☆☆
‘CODA’ past in het rijtje van middelmatige films die de Oscar van Beste Film ontfutselden van véél betere films
De Oscarshow ging als immer rustig zijn gangetje, totdat Will Smith het moment aangebroken achtte om eindelijk eens wat leven in de brouwerij te brengen. Met een opvallend beheerste tred stapte hij het podium op, alwaar hij voor het oog van miljoenen televisiekijkers zijn voorbeeldfunctie aangreep om in een werkelijk historisch tafereel de komiek Chris Rock, die enkele seconden eerder een nogal flauwe mop had gemaakt over het haarverlies van Smiths eega Jada Pinkett-Smith, een klets tegen z’n porum te verkopen.
Hoewel het Dolby Theatre in Hollywood barstensvol zat met professionele muilentrekkers, waren de geschokte reacties van onder meer Matt Damon, Meryl Streep en Dwayne Johnson voor één keer níét gespeeld. Reken maar dat wij volgend jaar opnieuw aan het scherm gekluisterd zullen zitten: wie weet komt het dan wel tot een kloppartij tussen Tom Hanks en Tom Cruise, of een bloederige catfight tussen Nicole Kidman en Penélope Cruz!
LEES OOK
Delphine Lecompte: ‘Will Smith is geen held, hij is een hypocriete kwal die door de mand is gevallen’
Will Smith excuseert zich aan Chris Rock, maar zijn uitbarsting was niet alleen voor de komiek een klap in het gezicht
De Oscars zorgen voor dolle pret op het internet: ‘Will Smith is onderweg naar zijn oom en tante in Bel-Air’
Waar een Will is, is een mep, zo weten we nu, maar het incident verknalde natuurlijk wel het gloriemoment van ‘CODA’, de winnaar van de Oscar voor beste film. En die winst is - het mag nog eens in de verf worden gezet - minstens even historisch als die muilpeer: voor de eerste keer in de geschiedenis van de Academy of Motion Picture Arts and Sciences ging de belangrijkste Award naar een film die niet in de bioscopen werd uitgebracht maar uitsluitend te bekijken valt op iets wat vijftien jaar geleden nog niet eens bestond - een streamingplatform. Het naar verluidt bijzonder intense lobbywerk van Apple in de laatste rechte lijn naar de uitreiking heeft dus geloond, maar of ‘CODA’ nu de terechte winnaar is? Laten we het zó zeggen: had u ons op 8 februari - toen de nominaties werden bekendgemaakt - verteld dat dit middelmatige melodrama de Oscars voor beste film, beste mannelijke bijrol én beste bewerkte scenario zou winnen, we zouden met onze wijsvinger enkele keren tegen ons voorhoofd hebben getikt.
‘CODA’ is een remake van ‘La famille Bélier’, een Frans feelgoodkomedietje uit 2014 over een tienermeisje dat ontdekt dat ze over een wondermooie zangstem beschikt. Die film werd indertijd opgevat als een zware belediging voor de dovengemeenschap, omdat de rollen van de dove ouders van het meisje werden vertolkt door niet-dove acteurs. Een criticus vergeleek de casting van ‘La famille Bélier’ zelfs met de racistische blackfacepraktijken van weleer, waarbij blanke acteurs schoensmeer op hun gelaat smeerden en gestalte gaven aan karikaturale versies van Afro-Amerikaanse personages. Dat de dove personages in de Amerikaanse versie worden vertolkt door échte dove acteurs, onder wie Troy Kotsur en de van de jaren 80-klassieker ‘Children of a Lesser God’ gekende Marlee Matlin, komt de waarachtigheid van de film niet alleen ten goede, maar zal ‘CODA’ tijdens de opeenvolgende stemrondes voor de Oscars ook enorm veel goodwill hebben opgeleverd - en terecht.
In de remake speelt het verhaal zich af tegen de achtergrond van de om z’n voortbestaan knokkende visindustrie in Massachusetts - je rúíkt de wijting - maar het hoofdpersonage is nog altijd een tienermeisje met de stem van een engel. Omdat Ruby (Emilia Jones) de enige in haar gezin is die niet doof is (ze is een CODA: Child Of Deaf Adults), dient ze geregeld de rol op zich te nemen van gratis doventolk. Wanneer haar muziekleraar haar aanmoedigt om een gooi te doen naar een plekje aan het gereputeerde muziekconservatorium in Berklee, staat Ruby ineens voor een knoert van een dilemma: moet ze haar dove familie helpen bij de uitbouw van hun eigen vissersbedrijfje of haar eigen dromen waarmaken? Wat volgt is géén diepsnijdend psychologisch portret van een tiener die door twijfels en schuldgevoelens uit elkaar wordt gescheurd, maar een goedgemutst, laagdrempelig en niet al te ingewikkeld coming of age-filmpje, gelardeerd met een flinke dosis comic relief en aangevuld met enkele clichés uit het genre van de highschoolfilm.
De muziekleraar is een grappige Mexicaan met een vuistdik Spaans accent, er mag nu en dan een zeemzoeterig popliedje losbarsten, een belangrijk deel van het verhaaltje draait rond Ruby’s verliefdheid op de knapste hunk van de school, en wanneer Ruby haar zangnummers staat te oefenen waan je je in ‘Glee’. Ook op cinematografisch vlak gebeurt er niets ophefmakends: snij ‘CODA’ in zes delen, en je hebt een sitcom die niet zou misstaan op Disney Channel of Nickelodeon.
Die laagdrempeligheid vormt ergens ook wel de grote troef van ‘CODA’: ’t is een gezellige, goed vertolkte crowdpleaser waarin de emoties van de personages volledig transparant zijn, waarin hun conflicten tussen netjes onder woorden worden gebracht (zij het vaak via gebarentaal!), waarin de muziek u vertelt hoe u zich dient te voelen, waarin elke vorm van wrangheid of tragiek angstvallig wordt vermeden, en waarin we op ’t de emotionele ontlading krijgen waarop we allemaal stiekem zaten te hopen.
In de allerbeste scènes is het prachtig om te zien hoe de film zichzelf ineens overstijgt: tijdens haar monoloogje op Ruby’s slaapkamer laat Matlee zien dat je ook met gebarentaal een ijzersterke acteerprestatie kunt neerzetten, en rond de 87ste minuut pakken de makers zowaar uit met een fantastisch klein meesterzetje, waardoor je ineens wordt meegetrokken in de wereld van de doven.
‘CODA’ heeft dus beslist kwaliteiten, maar de film staat allerminst op de hoogte van ‘The Power of the Dog’, ‘Belfast’, ‘Licorice Pizza’ of ‘Drive My Car’.
Nu, dat de Oscar voor Beste Film daadwerkelijk wordt gewonnen door de beste film, is een aanname waar wij al van verlost zijn sinds 1941, toen wij als 18-jarige filmreporter meemaakten hoe het melodrama ‘How Green Is My Valley’ de belangrijkste Award afsnoepte van het meesterwerk ‘Citizen Kane’. Ook ‘CODA’ mag vanaf nu tussen ‘How Green Is My Valley’, ‘Ordinary People’, ‘Driving Miss Daisy’ ‘Crash’, ‘Chicago’ en ‘Shakespeare in Love’ plaatsnemen in het rijtje van middelmatige films die de Oscar van Beste Film ontfutselden van véél betere films. Daar zou zelfs G.I. Jane het mee eens zijn.