null Beeld HBO
Beeld HBO

Televisie★★★½☆

De allergrootste verrassing in ‘The Many Saints of Newark’ is wat de tiener Tony Soprano uitspookt op zijn slaapkamertje

Erik Stockman

Pas wanneer je volwassen bent, wanneer de haarpunten grijs worden en de vetrolletjes kwabbiger, begin je al eens te beseffen welke ouderen (je leraar Nederlands, je scoutsleider, je hockeycoach) of welke gebeurtenissen (een onvergetelijk sportkamp, een weekend in de Efteling, de dood van een geliefde oom) je in je kinderjaren hebben gevormd en gekneed tot de persoon die je nu bent. Een mens is voor een stuk het product van z’n milieu, maar zolang je kind bent, denk je daar niet over na – je hebt het druk met het maken van rekensommen, op woensdagmiddag ga je naar de voetbaltraining, je leest stripverhalen, je leeft gewoon je leventje. Die vaststellingen lijken het vertrekpunt te zijn geweest van David Chase, de bedenker van de iconische HBO-serie ‘The Sopranos’, toen hij begon aan het scenario van ‘The Many Saints of Newark’, de langverwachte prequel die ook wel bekendstaat als ‘The Sopranos Movie’.

‘The Many Saints of Newark’ vertelt de wordingsgeschiedenis van Tony Soprano, zeker en vast, maar níét op de lekker nostalgische manier die de fans wellicht in gedachten hadden. We krijgen bijvoorbeeld niet te zien hoe Tony op een ochtend ontwaakt, een revolver gaat kopen en zijn eerste moord pleegt. We krijgen niet te zien hoe hij zijn intrek neemt in de Bada Bing, de beruchte stripclub vanwaar hij in de serie zijn criminele business runde. Hell, we zien zelfs totaal niets van zijn opgang tot hoofd van zijn eigen misdaadfamilie! In plaats daarvan krijgen we een licht meanderende rondrit door het milieu waaruit Tony is voortgekomen, een reeks losse karakterschetsen van de figuren die de jonge Tony omringden en hem hebben gevormd, een stroom van impressies uit zijn jeugdjaren in het New Jersey van de late jaren 60 en het begin van de jaren 70.

Lees ook

‘Bad Vegan’ degradeert ‘The Tinder Swindler’ tot een ordinaire straatoplichter ★★★★☆

De passanten in ‘Dwars door de Lage Landen’ op Eén leken vooral hevige spijt te voelen toen ze Arnout Hauben en zijn betuttelende toontje zagen aankomen ★★☆☆☆

Wees gerust: om de fans van het eerste uur toch een beetje te plezieren, bevat ‘The Many Saints of Newark’ talrijke referenties, easter eggs en knipoogjes naar de reeks die tussen 1999 en 2007 het begin inluidde van het huidige gouden tijdperk van televisieseries: één van de grappigste verrassingen is bijvoorbeeld dat het verhaal via voice-over wordt afgetrapt door Christopher Moltisanti (Michael Imperioli) vanuit het graf (‘Ik ben overleden op route 23, niet ver hier vandaan’). De állergrootste verrassing – zeg maar: een schok – is wellicht dat Tony Soprano, de man om wie het toch allemaal draait, in zijn eigen prequel slechts een bijrol heeft. Tony – in de eerste helft vertolkt door de 15-jarige William Ludwig, in de tweede helft door de sprekend op zijn vader lijkende Michael Gandolfini – is in ‘The Many Saints of Newark’ nog lang niet de machtige crime boss uit de serie, maar gewoon een knul die zich op z’n slaapkamertje verliest in de strips van Ivanhoe. Zoals we hem hier leren kennen, is Tony nog een onbeschreven blad, een lege huls, wiens toekomst nog onzeker is – misschien, zo opperen zijn vader en zijn moeder, schuilt er wel een baseballspeler in hem (nee dus).

Terwijl de muziek van toen (de Stones! Cilla Black! Soul! Funk!) op de geluidsband zalig op en neer golft, toont Chase ons – alsof hij rustig door het familiealbum van de Sopranos bladert – de figuren en de voorvallen die op de jonge Tony hun stempel hebben gedrukt. De dampende Italiaanse worstjes of salsiccia’s die op tafel verschijnen. Tony die op aanraden van zijn oom Dickie Moltisanti, de papa van Christopher, in de bioscoop gaat kijken naar ‘Dirty Harry’. De radio die bericht over Amerikaanse vliegtuigen die doelwitten bombarderen in Vietnam. Oproer op straat, moegetergde zwarten die ‘Power to the people!’ roepen en de winkels plunderen, en Tony die door zijn slaapkamerraam bedachtzaam tuurt naar de oranje brandgloed die zich ’s nachts boven de daken van Belmont Avenue aftekent.

Nu en dan zien we ook de kiemen van het crimineeltje in hem – Tony die de banden van zijn juf laat leeglopen, Tony die van school wordt getrapt nadat hij in de gangen was begonnen met een wedkantoor. Er zijn ook donkere voorafschaduwingen: baby Christopher die het op een krijsen zet wanneer hij op de schoot van Tony wordt gezet – alsof de dreumes dán al voorvoelt dat oom Tony hem in de verre toekomst op route 23 iets gruwelijks zal aandoen. En we zien ook, hoe kan het anders, dat Tony (voorlopig nog vanaf de zijlijn) toekijkt hoe zijn familieleden hun criminele business runnen: ‘Wat zouden ze daar bespreken,’ zo vraagt hij zich af wanneer zijn nonkels zich in de belendende kamer terugtrekken om hun smerige zaakjes te regelen.

Lees ook

Lees hier al onze Dwarskijkers: ‘Tien jaar ‘De mol’’ op Telenet fleurt op wanneer Michiel Devlieger door een enthousiaste hoeveelheid cognac onverstaanbaar wordt ★★★☆☆

De hoofdrol in ‘The Many Saints of Newark’ is zoals gezegd niet voor Tony, maar voor zijn oom Dickie (de geweldige Alessandro Nivola). Dat Dickie van Chase de meeste screen time krijgt, snijdt overigens perfect hout: wanneer Tony’s eigen vader Johnny (Jon Bernthal) voor vijf jaar achter de tralies verdwijnt, is hij de man die Tony onder zijn hoede neemt en zo, meer dan wie ook, zijn surrogaatvader, levensgids en mentor wordt. Pas in de tweede helft, wanneer de dode Christopher off-screen melancholisch verzucht dat de jaren 60 ten einde lopen, begint zich dan toch iets af te tekenen wat op een conventionele gangsterplot lijkt. De territoriumoorlog die losbarst tussen de Italiaanse mafia en de zwarte gangsterbendes van New Jersey leidt tot een reeks extreem bloederige opstoten van geweld die ons eraan herinneren dat we hier niet te maken hebben met charmante gangsters die graag in de salsiccia’s en de chianti duiken, maar met volstrekt immorele moordenaars: wij zullen in ieder geval nooit meer op dezelfde manier naar een pneumatische slagmoersleutel kunnen kijken.

O ja: een andere belangrijke rol is weggelegd voor het diepgewortelde racisme dat door de aderen van Tony en zijn familieleden vloeit. Zo maakt ‘The Many Saints of Newark’ duidelijk waarom de Sopranos indertijd hun oude wijk in New Jersey inruilden voor de voorstad die we kennen uit de serie: omdat ze het in hun racistische wereldbeeld niet konden verdragen dat de huizen in hun oude geliefde buurt werden opgekocht door zwarten. In de afsluitende pinky promise-scène, die een heerlijke siddering door het lijf van elke rechtgeaarde ‘Sopranos’-fan zal jagen, is Tony al wat meer de Tony uit de serie geworden. Op het blad dat in het begin van de film nog onbeschreven was, staan al enkele donkere paragrafen; de aanvankelijk nog lege huls heeft zich al een beetje gevuld met aanzetten tot machtsdrang en wraakzucht. En in Tony’s jeugdige ogen zien we zelfs al het schijnsel van een wassende blauwe maan – ‘Woke up this morning / Got a blue moon in your eyes’. ‘Dat is ’m,’ zo bevestigt ook Christopher tot slot vanuit zijn graf, ‘Dat is mijn oom Tony.’ Inderdaad: dat is ’m.

Ook op Humo

Lotte Vanwezemael: ‘Ik herinner me mijn eerste dickpic nog goed: ‘Hey, heb je zin om op een dikke pik te rijden?’ schreef hij erbij’

Patiënte Silke (‘Topdokters’) over het gevecht met haar eetstoornis: ‘Pas als de pijn van de honger sterk genoeg was, mocht ik van mezelf iets eten. Vaak niet meer dan een halve meloen per dag’

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234