humo gidst
De bioscoopfilms van de week: een Marvel-film met bloedarmoede en een Vlaamse actieheld
‘Morbius’ ★★½☆☆
Van Daniel Espinosa, met Jared Leto, Adria Arjona, Matt Smith en Jared Harris
Uiteraard liggen ook wij wakker van de stijgende broodprijzen, maar de laatste dagen zijn wij ons toch vooral suf aan het piekeren over een andere kwestie, namelijk: is Michael Morbius, de hoofdfiguur uit de nieuwe Marvel-film ‘Morbius’, de ware Batman? Van miljardair Bruce Wayne is genoegzaam bekend dat hij het concept van de vleermuis gebruikt om zijn ware identiteit te verbergen, om de schurken in Gotham City de daver op het lijf te jagen én om zijn jeugdtrauma (hij tuimelde als kind in een put vol vleermuizen) te verwerken. De briljante biochemicus Michael Morbius, die in de jaren 70 in de comicbooks van Marvel zijn opwachting maakte als één van de tegenstanders van Spider-Man, heeft evenwel een nog véél hechtere band met de gevleugelde zoogdiertjes: in een poging om een remedie te vinden tegen de zeldzame bloedziekte waaraan hij al van kinds af aan lijdt, injecteert de lijkbleke Morbius (de draaglijke Jared Leto) zichzelf met een experimenteel mengsel van menselijk DNA en vleermuisgenen. Het effect is dat hij niet alleen een blos op de wangen krijgt, maar ook dat hij van een kreupele slapjanus evolueert tot een beresterke pseudovampier met een moeilijk in te tomen bloedlust en met klauwen die dringend een manicure behoeven. Meer nog: hij kan zich zó snel voortbewegen dat hij wel lijkt te teleporteren, beschikt net als een échte vleermuis over echolocatie (check de vibrerende kieuwen op z’n oorschelp), en is zelfs in staat om, zoals zijn tegenstander Loxias Crown (Matt Smith) mag ondervinden, in je haren te vliegen. In zijn laboratorium laat hij zich graag omringen door honderden vleermuizen die samen al fladderend een zwarte wolk rond zijn lichaam vormen terwijl we het trillende geluid van hun vleugeltjes horen: cool, maar zat er in ‘Batman Begins’ niet een vergelijkbare scène? Dat hij bij machte is om vleermuiszwermen te controleren, brengt ons tot de conclusie dat Morbius in zekere zin méér recht heeft op de naam Batman dan Batman himself.
Een onderling duel zou leuk zijn (zal niet gebeuren: Morbius en Batman behoren tot twee verschillende comicbookuniversums), maar één overwinning mag Batman al op zijn conto schrijven: de Batman-film van regisseur Matt Reeves die enkele weken geleden in roulatie kwam, en die nu al behoort tot de canon van de grote comicbookadaptaties, is op alle vlakken superieur aan de ‘Morbius’-verfilming. Als ‘The Batman’ een duistere koortsdroom is die voortvloeit uit de machtige verbeeldingskracht van een cineast met een uitgesproken visie, dan is ‘Morbius’ zichtbaar het werk van een middelmatige inblikker, Daniel Espinosa, die zich vooral in de tweede helft beperkt tot het ongeïnspireerd in beeld zetten van een eindeloze reeks geesteloze actiescènes waarin de held en de booswicht elkaar moeiteloos over de daken van de wolkenkrabbers smijten. Toch een paar keer gelachen: telkens wanneer hij door een hongerklop zijn superkrachten dreigt te verliezen, grijpt Morbius naar een verse bloedzak die hij vervolgens – als betrof het een zakje Capri-Sun – bevend tussen zijn lippen leegknijpt. We zien het Bruce Wayne nog niet doen.
Vanaf 30 maart in de bioscoop.
‘The Velvet Queen’ ★★★☆☆
Van Marie Amiguet en Vincent Munier, met Vincent Munier en Sylvain Tesson.
Gemengde gevoelens over deze documentaire waarin fotograaf Vincent Munier en schrijver Sylvain Tesson in Tibet speuren naar de zeldzame sneeuwpanter. Op de allermooiste momenten, wanneer je het natuurschoon in alle vroegte ziet en hóórt ontwaken, voelden we de jak in onszelf volledig zen worden. Maar de lyrische muziekscore van Warren Ellis en Nick Cave is soms té aanwezig. En wanneer beide heren, zo roerloos mogelijk liggend in het struikgewas, weer eens beginnen te tateren over de schoonheid van het buitenleven, waarbij ze niet zelden gemeenplaatsen uitkramen als ‘In harmonie leven met de natuur: wij kennen dat niet meer!’ bekroop ons de lust om luidop te roepen: ‘Messieurs! Taisez-vous! En laat ons eindelijk genieten van de door u zo bewierookte stilte!’ Een fraaie docu, die jammer genoeg al te vaak gebukt gaat onder geluidsoverlast.
Vanaf 30 maart in de bioscoop.
‘Zeppos – Het Mercatorspoor’ ★★★☆☆
Van Douglas Boswell, met Carry Goossens, Nathan Naenen en Britt Scholte.
Vlaanderens meest mythische actieheld, Kapitein Zeppos, is terug! Niet in de gedaante van Senne Rouffaer, die de Kapitein vertolkte in de jeugdreeks uit de jaren 60, maar in die van Carry Goossens, die niet misstaat achter het stuur van de iconische Amphicar 770. Het budget ontbrak weliswaar om van ‘Zeppos – Het Mercatorspoor’ een schattenjacht van hollywoodiaanse proporties te maken, maar deze deftig gemaakte familiefilm beschikt niettemin over genoeg geheime deuren, stunts, en achtervolgingen om het jonge volkje ’n fijne tijd te bezorgen. Overigens hebben wij nooit iemand zó maniakaal zien grijnzen als Koen De Bouw – hij vertolkt de in een hilarische coltrui gehulde booswicht Victor Barral – tijdens het ultieme gevecht tegen de Kapitein. En dan mag u nú het beroemde deuntje van Bert Kaempfert beginnen te fluiten!
Vanaf 30 maart in de bioscoop.
‘Petrov’s Flu’ ★★★☆☆
Van Kirill Serebrennikov, met Semyon Serzin, Chulpan Khamatova en Vladislav Semiletkov
Russische studenten zijn van minister Weyts niet langer welkom, en de concerten van Sjostakovitsj en Tsjaikovski worden overal te lande geannuleerd, maar die boycot houdt filmdistributeur Imagine niet tegen om de Russische film ‘Petrov’s Flu’ uit te brengen: een goede zaak, want niet álle Russische stemmen behoren het zwijgen te worden opgelegd. En al zeker niet de stem van regisseur Kirill Serebrennikov, die u in het zog van de hallucinerende striptekenaar Petrov een wilde trip doorheen de Russische ziel laat maken. Een trip waarvan wij onthouden dat je na een joyride in een lijkwagen best checkt of het lijk er onderweg niet is uitgeschoven. Serebrennikov weet het momentum helaas niet de hele tijd vast te houden: net zoals Petrov in en uit zijn koortsdroom glijdt, zo zweeft ‘Petrov’s Flu’ 145 minuten lang heen en weer tussen magistraal, knotsgek en retesaai.
Vanaf 30 maart in de bioscoop.
HUMO GIDST NOG MEER:
De albums van de week: Salonfunk, apertiefsoul, muziek voor meerwaardezoekers, hoekige postpunk en iets met internationale klasse
De boeken van de week: Een nieuwe geschiedenis van de mensheid, een dubbelspion, een brievenroman en biografie van een goochelaar