Televisie★★★½☆
Fantasyreeks ‘The Sandman’ is een grote hit op Netflix en dat is meer dan terecht
Als ik ‘s avonds na de chocomelk richting dromenland glijd, mag ik daar hoog boven de wolken vliegen, het winnende Subito-lotje krassen, op een hagelwit strand de rug insmeren van Ryan Gosling, de winning goal van het WK voetbal eigenhandig tegen de netten trappen - tegen een deemoedig het hoofd buigend Frankrijk! - én rustig genieten van een zichzelf eindeloos hervullende Tripel Karmeliet van de tap. De echte magie gebeurt in de slaapkamer, zeggen wijze mensen: het is in díé betoverende wereld - een wereld van Dromen en Nachtmerries, Engels en Duivels, Goed en Kwaad - dat de nieuwe Netflix-serie ‘The Sandman’ zich tien mysterieuze afleveringen lang afspeelt.
Hou u vast aan de takken van de bomen: het verhaal - 32 jaar geleden verzonnen door de vermaarde fantasyauteur Neil Gaiman als één van de meest invloedrijke comicbookreeksen aller tijden en speciaal voor deze adaptatie door de man zelf geüpdatet samen met superheldenschrijvers David S. Goyer en Allan Heinberg - laat zich niet zomaar in twee zinnen samenvatten. Daarvoor is de mythologie te groots, de werelden te uitgestrekt, de karakters te kleurrijk en te wispelturig. Spilfiguur is alvast Dream (Tom Sturridge), de op een jonge Robert Smith van The Cure gelijkende godheid die heerst over het rijk der dromen. Tot, alleszins, hij een eeuw lang gevangen wordt genomen. In zijn afwezigheid valt zijn rijk in duigen, miljoenen mensen kunnen niet meer slapen of worden nooit meer wakker, en een Nachtmerrie met de naam The Corinthian (Boyd Holbrook) glijdt als een boze geest de wakkere wereld in.
Als u die omschrijving al te esoterisch vond, pas dan op. De strijd van Dream - zijn vrienden mogen Morpheus zeggen - om uit zijn kooi te ontsnappen, zijn zakje zand terug te vinden (hij is tenslotte het Zandmannetje!) en zijn wereld opnieuw onder controle te krijgen, vormt uiteraard de hoofdverhaallijn. Maar er is méér. Telkens als je denkt dat je weet wat ‘The Sandman’ nu weer van plan is, vertakt het verhaal zich opnieuw op een wonderlijke manier. Net zoals in échte dromen schuilt de magie van de reeks niet in het overkoepelende narratief - wie herinnert zich dat nog de ochtend nadien? - maar wel in een sfeer die niet uit je botten wil, in flarden van ideeën, gedachten en gevoelens die nog lang na het ontwaken door je lijf blijven echoën.
Lees ook
Stop met het woord ‘iconisch’ te misbruiken,tenzij je Anne De Baetzelier bent in ‘Tien om te zien’ ★★½☆☆
Mocht er een prijs voor meest miskende serie van het moment bestaan, dan zou ‘For all mankind’ die niet kunnen mislopen ★★★★½
Wat blijft het meest hangen van Morpheus’ kronkelende reis? Het unieke duel tussen Morpheus en Lucifer zelve bijvoorbeeld: net de epische clash tussen Merlijn de tovenaar en Madam Mim uit de Disney-film ‘Merlijn de tovenaar’! Of nog: Morpheus’ tocht naar de Hel, waarin de Verdoemden met toortsen naar een gigantische poort gemaakt van mensenlijven stappen. Of neem nu het personage van John Dee - een verwijzing naar de Engelse mysticus aan het hof van Elizabeth I: zo zit de reeks vól verwijzingen. Vertolkt door een machtige David Thewlis is die John Dee verantwoordelijk voor twee juweeltjes van afleveringen. In eentje onthult hij in een autorit naast een doodbraaf besje gaandeweg zijn sinistere geest, en in een andere - die zich als een soort Stephen King-kortverhaal buiten de rest van de feiten afspeelt - zet hij een Amerikaanse diner op onnavolgbare wijze op stelten. En dan zwijg ik nog over Death (de knappe zus van Dream) die een oude Joodse violist zachtjes bij de pols neemt, of over de dolle seriemoordenaarsbijeenkomst de Cereal Convention. Maar het mooiste verhaal vond ik dat van Hob Gadling, een levensgenieter uit de 13de eeuw die van Morpheus de onsterfelijkheid krijgt, waarna de twee één keer om de honderd jaar samen een koud biertje gaan drinken in een lokale herberg - misschien wel een Tripel Karmeliet! Aan elk grassprietje voel je dat aan dit universum een geschiedenis van duizenden jaren kleeft, dat onder elke steen een nieuw verhaal te rapen valt.
Er is veel om op te kauwen in ‘The Sandman’, soms te veel. (Dat is één minpuntje. Een ander: de vaak lamlendige CGI-effecten.) Is het een reflectie over geestelijke gezondheid? Een pleidooi voor fantasie als existentieel lapmiddel? Een allegorie voor de transervaring? Alleszins: Gaiman is er wonderwel in geslaagd om zijn thema’s naar nú te updaten (ik ga ervan uit dat bepaalde hoekjes van het internet wel weer in lichterlaaie zullen staan omdat het personage Death nu potvolkoffie zwárt is: gééuw!). Het herinterpreteren van een revolutionaire comic book zodat die comic book voor een tweede keer, voor een nieuwe generatie en een nieuwe tijdgeest opzienbarend mag zijn? ‘The Sandman’ doet zo nog het meest denken aan de superieure HBO-serie ‘Watchmen’.
Slaappillen, heruitzendingen van ‘De zevende dag’, cd’s van Coldplay: met ‘The Sandman’ is er heden ook een áángename manier om, met één druk op de afstandsbediening, zomaar in het spetterende rijk der dromen te glijden, weg van alles wat kil en rauw en echt is. Zet jij de Tripel Karmeliet koud, beste Morpheus?
Ook op Humo
Uw ergste vakantieverhalen: ‘Ik werd verdoofd in Bali. Dat doen ze er wel vaker, voor het losgeld óf om je organen te verkopen’
Klimatoloog Wim Thiery over de verzengende hitte in ons land: ‘Dit is de koudste zomer van de rest van ons leven’