Obama: In Pursuit of a More Perfect Union Beeld The White House
Obama: In Pursuit of a More Perfect UnionBeeld The White House

televisie★★★½☆

Hét hoofdthema van ‘Obama: In Pursuit of a More Perfect Union’ op Streamz: de huidskleur van de president

Marc Van Springel

Na zijn vertrek uit het Witte Huis begin 2017 verdween Barack Obama even van het toneel, wellicht om te golfen, te basketten en véél slaap en een halve bibliotheek achterstallige lectuur in te halen, maar sinds een jaar of twee lijkt hij aan een soortement comeback bezig en laat hij zich weer wat meer op het publieke toneel gelden. Vorig jaar verscheen het vuistdikke eerste deel van zijn memoires, tijdens de bitse campagne voor het presidentschap sprong hij af en toe nog eens op het podium om zijn makker Joe Biden een duwtje in de rug te geven (en, zo leek het soms, om te tonen hoe het moest), en met het productiehuis dat hij met zijn eega Michelle oprichtte, sloot hij stevige deals met Netflix en Spotify. Dat de wereld nog altijd hongert naar de coolste en – zeker buiten de VS – meest geliefde man die het in de recente geschiedenis tot Amerikaans president schopte, is duidelijk: van zijn memoires werden maar liefst 8 miljoen exemplaren verkocht (Michelle deed het met 16 miljoen exemplaren van haar boek overigens nog een pak beter) en ‘Renegades: Born in the USA’, de podcast waarin hij met zijn goeie vriend Bruce Springsteen converseert over het vaderschap, sociaal onrecht, ras en wat er goed en vooral slecht gaat in de US of A werd in géén tijd wereldwijd de best beluisterde podcast op Spotify. Obama mengt zich weer in het maatschappelijke debat, zij het wat vrijblijvend en veilig vanaf de zijlijn. Volgens hier en daar een criticus zelfs té vrijblijvend.

De driedelige HBO-documentaire ‘Obama: In Pursuit of a More Perfect Union’ laat nog eens zien wat voor een bevlogen, begenadigd en eloquent spreker en debater Obama in zijn jongere dagen was: een man die in interviews en discussies altijd de juiste en immer bedachtzaam geformuleerde woorden vond en met zijn speeches het publiek kon opzwepen, motiveren, emotioneren, mobiliseren en – als het nodig was – richting stembus dirigeren. Vandaag zou Amerika zo’n stem meer dan goed kunnen gebruiken, klinkt het bij sommigen.

‘In Pursuit’ toont echter ook waarom Obama niet meer zoveel zin heeft om op de barricaden te kruipen. Ook al zijn we ondertussen wel wat gewend, het is hallucinant om terug te zien hoe ongenadig hard, brutaal en meedogenloos hij in de aanloop naar en tijdens zijn presidentschap door zijn Republikeinse opponenten werd aangepakt. En ook interessant voor wie dacht dat fake news een vrij recent fenomeen was: veertien jaar geleden al werd Obama door conservatieve extremisten – Obama Bin Laden was zijn koosnaampje – weggezet als een IS-sympathisant, een terrorist. Gehermonteerde filmpjes werden via Breitbart verspreid om de gemoederen bij het voetvolk nog wat op te hitsen en het Birther Movement trok, onder aanvoering van ene Donald Trump, zo lang en fanatiek het Amerikaanse staatsburgerschap van Obama in twijfel dat de zittende president uiteindelijk met frisse tegenzin zijn geboortecertificaat moest opduikelen als bewijs.

Het presidentschap van Obama markeerde de opkomst van fake news zoals we dat nu kennen, en van steeds extremere en lastiger controleerbare rechtse krachten in de Verenigde Staten die zich zowel in de media als op straat steeds luider, harder en – toen al – onrustwekkender - lieten gelden. Ronduit schokkend zijn de beelden van Democratische Congresleden die op weg naar het parlement voor de stemming van de lang bevochten Affordable Care Act door woedende tegenstanders van de wet worden uitgejouwd, bespuwd of het n-woord naar hun hoofd krijgen geslingerd. En ook de recente mars op het Capitool kwam niet zomaar uit de lucht vallen: in 2010 bracht de rechtse commentator Glenn Beck aan het Lincoln Memorial in Washington al 80.000 luidruchtige ontevredenen – voornamelijk aanhangers van de toen populaire Tea Party – op de been voor The Restoring Honor-protestrally. Eén van de hoofdacts op de affiche was de toenmalige kandidate voor het vicepresidentschap Sarah Palin. De rode loper voor een figuur als Trump werd toen al aan de plaveien van The Mall vastgespijkerd.

De ongemeen giftige en hevige tegenstand die Obama ten deel viel en die hij met een bijna bovenmenselijke waardigheid en klasse doorstond, hadden maar met één ding te maken, analyseren enkele talking heads in de documentaire: zijn huidskleur. Amerika, klinkt het ergens, is al jaren aan het veranderen: de rassenverhoudingen verschuiven en dat maakt een deel van de blanke meerderheid (nog altijd 70 procent van de bevolking) nerveus en ongemakkelijk. Obama was voor de Republikeinen niet alleen extra vervelend, omdat hij het tot president had geschopt en zo een resem stereotypen aan diggelen sloeg, maar ook omdat hij zo góéd en zo slim was. En vooral ook: niet minder en misschien wel béter dan zijzelf.

Dat is meteen ook het hoofdthema van de docu: niet ‘het presidentschap van Obama’, maar ‘de zwarte president Obama’, de betekenis daarvan voor zwart (én blank) Amerika, en de manier waarop zowel Obama zelf als het land daarmee omging. Dat er een docureeks van in totaal vijf uur mee gevuld kon worden, zegt al iets over hoe ingewikkeld en delicaat één en ander lag. De titel verwijst naar de meest befaamde speech die Obama ooit gaf. In 2008 was toen nog senator Obama met Hillary Clinton in een hevige strijd verwikkeld om de Democratische nominatie voor het presidentschap. Er waren beelden uitgelekt waarop Jeremiah Wright, de voormalige pastor van Obama’s kerk en tevens zijn campagnemedewerker, enkele krachtige, mogelijk anti-Amerikaanse uitspraken doet. Obama, zelf midden in de vuurlinie, reageerde op 18 maart 2008 met een make or break-toespraak waarin hij de puntjes op de i zette en uitgebreid ingaat op de Amerikaanse identiteit en de raciale spanningen die de natie al sinds de onafhankelijkheid tekenen. De titel van de speech is ontleend aan de preambule, de inleidende tekst, van de Amerikaanse grondwet waarin de Founding Fathers schrijven dat ze het document hebben opgesteld om tot ‘a more perfect union’ te komen. In zijn betoog – eigenlijk een college verpakt als toespraak, vat een analist het samen – stelde Obama dat het werk nog niet af is, omdat de natie nog altijd ‘de erfzonde van de slavernij’ meesleept en de eenheid niet perfect is zolang het land daarmee niet in het reine is gekomen. Zijn boodschap was echter ook dat Amerika er niet door verlamd mag worden en oude raciale wonden achtergelaten moeten worden om de natie beter en sterker te maken en sociale problemen aan te pakken die iederéén – van welke kleur dan ook – aangaan. Meer nog: dat het land simpelweg geen andere keuze heeft. De speech, die binnen de maand vier miljoen keer op YouTube werd bekeken, en ook méé het tijdperk van sociale media als politiek communicatiekanaal inluidde, redde niet alleen Obama’s vel, maar vloerde ook zijn concurrente Hillary Clinton.

Obama: In Pursuit of a More Perfect Union Beeld The White House
Obama: In Pursuit of a More Perfect UnionBeeld The White House

Het is geen toeval dat de reeks begint met een fragment uit deze speech. Het is namelijk een krachtige samenvatting van Obama’s politieke ideeën en ook zijn voornaamste drijfveer: zijn vaste overtuiging dat een land alleen maar vooruit kan als tegenstellingen worden overstegen, handen worden gereikt, standpunten worden uitgewisseld en mensen kijken naar wat hen bindt en niet naar wat hen uit elkaar drijft. Als kind van een zwarte Keniaanse vader en een blanke moeder uit Kansas, grootgebracht in Indonesië (waar zijn moeder was hertrouwd) en in Amerika door zijn grootouders, kortom, als een outsider die zijn hele jonge en adolescente leven banden moest proberen te smeden met mensen die niet waren zoals hij, zag hij zichzelf als de ideale bruggenbouwer en als het levende voorbeeld dat in Amerika, meer dan in eender welk ander land, werkelijk álles mogelijk is.

‘In Pursuit’ laat zien hoe Obama zich in Washington echter al snel te pletter liep op de harde realiteit. Dat de Republikeinen, die hem letterlijk als een onrechtmatige bezetter van het ambt en van Witte Huis zagen, zijn uitgestoken hand wegsloegen, viel nog te verwachten, maar ook uit de zwarte gemeenschap kreeg hij aanvankelijk minder steun dan gehoopt. Tijdens zijn campagne vroegen velen zich af of hij wel zwart genoeg was om hun gemeenschap te vertegenwoordigen en omdat hij het zonder de hulp van de gevestigde zwarte leiders tot op het hoogste politieke niveau had geschopt, hoefde hij in zijn begindagen als president ook vanuit die hoek op niet te veel welwillendheid te rekenen. Voor Obama werd het presidentschap ook een zeer lastige evenwichtsoefening: hij wilde, om zich niet van bepaalde bevolkingsgroepen te vervreemden, bij uitstek de president van álle Amerikanen zijn, maar besefte ook dat de verwachtingen bij de zwarte gemeenschap hooggespannen waren. Hier en daar werd er zelfs gehoopt dat het land in een nieuw post-raciaal tijdperk zou uitkomen, waarin alle oude wonden waren geheeld en ras veel minder belangrijk was. Zo moest Obama een slap en, na een aantal racistische schietincidenten, waar al dan politiemensen bij betrokken waren (ook George Floyd is old news) en in de loop der jaren steeds vervaarlijker wiebelend koord bewandelen. Dat hij er onderweg niet is afgetuimeld, heeft hij in niet geringe mate aan zijn in deze reeks nog eens uitgebreid gedemonstreerde en waarlijk uitzonderlijke retorische talent te danken.

Een briljante student en een lucide geest als Obama had een leerstoel kunnen bekleden aan eender welke prestigieuze Amerikaanse universiteit of miljoenen kunnen verdienen bij een topadvocatenkantoor naar keuze, maar hij koos ervoor om zich met een oprecht en onwrikbaar optimisme en zelfs idealisme ten dienste stellen van de gemeenschap en zijn uiterste best te doen – jonge – mensen de best mogelijke toekomst en zoveel mogelijk gelijke kansen te geven. Dat uitgerekend onder zijn bewind de Amerikaanse samenleving dieper verdeeld raakte dan ooit en de tegenstellingen tussen arm en rijk, zwart en blank, progressief en conservatief en Democraten en Republikeinen steeds groter en minder overbrugbaar werden, is misschien wel Obama’s grootste tragiek. En het ergste moest toen nog komen.

Benieuwd of we in het vervolg van zijn memoires te weten komen hoe dat destijds voelde en hoe hij daar vandaag op terugblikt. Uit de paar fragmenten waarin vrouwlief Michelle het spreekgestoelte beklimt – iets wat ze alleen maar deed als het echt hoogtij was – blijkt overigens nog maar eens dat zij wellicht de beste vrouwelijke president is die de VS nooit zullen hebben gehad.

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234