'De allerslimste mens'Bockie De Repper
‘Ik zal ooit moeten kiezen: veel zuipen, een pakje per dag roken, of in het weekend vijftienduizend calorieën eten’
Trouw aan zichzelf ontvangt Bockie De Repper (36) ons in een Aalsterse hamburgerkeet waar de lappen vlees per dozijn op de bakplaat worden gemikt, en de baas hem met ‘patj’ aanspreekt. Normaal laat hij de ene Sloppy Joe na de andere Pork Belly Bun aanrukken, maar Bockie heeft zonet met dermate veel geestdrift een nieuwe pizzabar uitgetest dat hij er ‘noaigen boikpoin’ aan heeft overgehouden. Niet dat dat de pret mag drukken: de zelfbenoemde Schepen van Gevulde Maagjes is helemaal de ontwapenende schelm die te zien was in het VTM 2-baksel ‘Dat eet dan gelukkig zijn’ en nu ook als jurylid in ‘De allerslimste mens ter wereld' zetelt.
Voordat we het veld induiken met de hoofdzonde die hem het meest op het breugeliaanse lijf is geschreven, eerst even dit.
HUMO Welke gerookte schelvis heeft die ontstellend onnozele programmatitel bedacht?
BOCKIE DE REPPER «Déze gerookte schelvis (lacht de eerste van vele Bockie-lachen). Ik wilde met die titel al jaren iets doen, maar ik vond nooit een goeie gelegenheid.»
HUMO ’t Is je vergeven. Zeker omdat ik met de eerste aflevering al meteen drie keer luidop heb moeten lachen. Dat overkomt me zelden.
BOCKIE «Wanneer ik daar aan die lift sta zeker, bij Limburger-wereldburger Frans Billen? Op het moment dat die liftdeur vijf of zes keer open en dicht ging, wist ik: dit is een instant klassieker. Het was een extreem awkward situatie, en ik gedij in extreem awkward situaties: ik maak ze graag nog tien keer awkwarder.»
HUMO Ter zake: is dit de eerste keer in je leven dat je te biecht gaat?
BOCKIE «Bijlange niet: vroeger op school ben ik vaak genoeg moeten gaan biechten. Om de fun erin te houden, biechtte ik altijd extreem gortige feiten op die niet echt gebeurd waren, zodat de pastoor daar met een rooie kop en zijn mond vol tanden zat (lacht). Mijn jongere broer Jens en ik zijn trouwens nog misdienaar geweest.»
Lees meer:
Weekplanning ‘Tafel van vier’ gelekt, Gert Verhulst kiest opnieuw voor controversiële onderwerpen: ‘Hebben vrouwen te veel praat?’
Bockie De Repper is in ‘Dat eet dan gelukkig zijn’ op VTM 2 een plussizemodel voor jovialiteit en zelfspot ★★★½☆
HUMO Uit devotie?
BOCKIE (schudt het hoofd) «Uit verveling – de kerk was een goeie plek om kattenkwaad uit te halen. Eén keer had onze Jens het wel te bont gemaakt: samen met een vriendje had hij alle miswijn opgedronken. Op zijn achtste! (lacht) Ik had er niks mee te maken, maar omdat ik nu eenmaal ook Van Boxstael heette, zijn we toen allebei buitengesmeten, nadat we eerst onze nederigste excuses zijn moeten gaan aanbieden bij meneer de dorpspastoor. Guilty by association!»
HUMO Hoezo dorpspastoor? Ben jij dan niet geboren en getogen in Aalst?
BOCKIE «Geboren ben ik in Gent, getogen in Impe. (Mijmerend) Man, tof dat het was om in zo’n klein dorpje op te groeien. Middagen lang met je BMX’je rond de kerk crossen: er is toch niks plezieriger? En dan met mijn vader en mijn peter, wijlen de redders van de plaatselijke horeca, op café: heerlijk! Ik weet dat er tegenwoordig met een schuin oog gekeken wordt naar kinderen die door hun ouders worden meegenomen op café, maar ikzelf heb er niks dan goeie herinneringen aan overgehouden. Ik heb er mijn eerste mazoutje gedronken, en half tipsy mijn eerste tong gedraaid: die volkse romantiek vind ik prachtig.
»Toegegeven: mijn peter is op zijn 48ste op dringend doktersadvies moeten stoppen met drinken. Die angst zit er bij mij ook wel in. Ik vrees dat ik ooit zal moeten kiezen: ofwel veel zuipen, ofwel een pakje per dag roken, ofwel in het weekend vijftienduizend calorieën eten. Alle drie tegelijk, zoals nu, dat moet op termijn wel problemen geven.»
Gulzigheid
HUMO Iemand die ooit een etmaal lang takeawaymaaltijden liet aanrukken in Oostende kan moeilijk volhouden dat hij niet gulzig is.
BOCKIE «Niet echt, hè? (lacht) Maar Oostende was dan nog te doen. Ik heb hier in Aalst ooit hetzelfde gedaan: patj, dat ging echt te ver. Zo vol zat ik op een gegeven moment dat ik mijn takeaways in de buurt ben beginnen uit te delen, als een dikke Robin Hood. Maar voor toffe content doe ik veel, hè? Het ergste wat ik op dat vlak ooit heb meegemaakt, was een filmpje genaamd ‘De 12 bakkertjes’. Djiezus, dat waren minstens vier bakkertjes te veel. Achteraf lag ik als de eerste de beste heroïneverslaafde te trillen in mijn zetel – ik heb toen oprecht even gevreesd voor mijn leven. Stel je voor dat ik mijn kaas had gelaten als gevolg van ‘De 12 bakkertjes’: belachelijker kan toch niet?
»Maar kom, in het dagelijkse leven, wanneer er geen camera op mijn dikke neus staat, eet ik zo veel niet. Er zijn zelfs dagen waarop ik niks eet.»
HUMO Letterlijk?
BOCKIE «Ja. Als ik hard aan het werk ben (Bockie runt zijn eigen reclamebureau, red.), vergeet ik het soms gewoon. Ook niet gezond, natuurlijk.»
HUMO ’t Is tournée minérale deze maand. Iets zegt me dat jij niet meedoet.
BOCKIE «Nee, ik hou niet zo van druk van buitenaf. Voor een Aalstenaar is het trouwens sowieso onmogelijk om aan tournée minérale mee te doen, omdat het in februari plaatsvindt. Daar hebben de bedenkers blijkbaar geen rekening mee gehouden tijdens hun brainstorm, dat er in enkele afgelegen gebieden in Vlaanderen ook nog zoiets als carnaval bestaat.
»Een jaar of vier geleden heb ik mezelf wel opgelegd om van januari mijn Volwassen Maand te maken. Dat is de maand waarin ik wat minder drink dan gewoonlijk, zodat ik me met volle focus kan storten op het vervangen van kapotte lampen, het vastdraaien van vijzen en het in orde brengen van mijn boekhouding. De overige elf maanden kan ik me dan weer zonder problemen als een klein kind gedragen. Enfin, als een klein kind dat graag alcohol drinkt (grinnikt).»
HUMO Evi Hanssen bracht een tijdje terug ‘Sinds ik niet meer drink’ uit, een boek waarin ze de zegeningen der geheelonthouding bezingt. Any thoughts?
BOCKIE «Ik heb daar geen enkel probleem mee: zij moet maar doen waar ze zich het best bij voelt. Zelf voel ik me toevallig het best door iedere vrijdag pinten te gaan knallen op café: iedereen gelukkig, toch?»
HUMO Hoeveel giet je er op een gemiddelde vrijdagavond in je kraag?
BOCKIE «Ik tel ze niet, maar het zijn er veel. In de week drink ik bijna niks: ik spaar mijn pinten liever op, zodat ik in het weekend het zwijn fatsoenlijk door de bieten kan jagen. Laatst heb ik eens geprobeerd om na vijf pinten naar huis te gaan: man, ik voelde me zo mottig als iets. Ik was niet nuchter, maar ook niet dronken, en ik wist met mezelf geen blijf. Nee, ’t is bij mij alles of niks.
»Moeilijk uit te leggen aan mensen, maar ik ga het toch doen. Ik vind dat er weinig zo tof is als wakker worden na een nachtje hijsen, en dan met een droge kop en een houten keel te beseffen: ‘Om vier uur word ik op een babyborrel verwacht, en kan ik weer heerlijk aan de zuip.’ ’t Is een hobby, zullen we maar zeggen. Voor mijn gezondheid had ik beter miniatuurtreintjes verzameld, maar ik betwijfel of dat me evenveel plezier had opgeleverd.»
HUMO Het klinkt toch enigszins alsof je verslaafd bent.
BOCKIE «O nee, ik ben absoluut niet verslavingsgevoelig. Tijdens de opnameperiode van ‘Dat eet dan gelukkig zijn’ kon ik me geen katers permitteren, omdat ik met een kater een asociaal wrak ben. Op het hoofd van mijn moeder, en mijn moeder heeft een mooi hoofd: núl moeite kostte het me om gedurende die vijf maanden de alcohol af te zweren.
»Laatst heb ik voor de 57ste keer ‘De helaasheid der dingen’ gezien. Daar zit een scène in waarin een dame van de bijzondere jeugdzorg bij de familie Strobbe langsgaat om eens met eigen ogen te zien in welke omstandigheden de kleine Gunther opgroeit. Nele Fockedey, heet ze – a Fockedey keeps the doctor away. De pater familias ligt boven in zijn bed te bibberen door de ontwenning, en die kleine moet hem eerst een jenever inschenken voordat hij oké genoeg is om de trap af te dalen. Nooit ofte nooit gaat dat mij overkomen: daar ben ik veel te, euhm, nuchter voor. Als ik me slecht voel door de alcohol, dan stop ik twee of drie weken tot ik er weer zin in heb.»
Onkuisheid
BOCKIE «Ik heb het in ‘De slimste mens’ ook al gezegd: op seksueel gebied ben ik een product van porno. Alle generaties heb ik meegemaakt: van de tijd dat je je moest behelpen met de lingeriepagina’s van de 3 Suisses-catalogus tot de tijd – nú – waarop je maar ‘crazy amateur gangbang facial pregnant’ moet intikken of de naakte schoonmoeders met voorbinddildo’s buitelen al over je scherm. Ik vraag me trouwens af wat dat op termijn zal teweegbrengen bij de jeugd. In mijn tijd wisselden we nog braaf Pokémonkaarten uit op de speelplaats, hè?
»Maar goed, door al dat pornokijken vind ik het wel leuk als seks niet zomaar ‘de liefde bedrijven’ is. De liefde bedrijven – nog erger: ‘vrijen’ – daar krijg ik geen stijve van (lacht). Ik vrij niet, ik heb seks. En die seks mag voor mij al iets agressiever zijn – ik ben niet vies van wat gespank of wat, euhm, keeldichtgeknijp.»
HUMO Heb je al ooit met meer dan één persoon tegelijk seks gehad?
BOCKIE «Ja. Heel anders ging dat dan ik met mijn pornobrein had verwacht – zo van: twee milfs zitten gezellig bij het haardvuur, en daar zul je de pizzabezorger al hebben. ’t Was eerder een zakelijke, op voorhand geregelde overeenkomst: ‘Zullen we die datum afspreken voor een trio?’ – ‘Ja, ik kan die dag’ – ‘Goed, we zullen beginnen met een drankje.’ (lacht) Pas op, ’t was plezierig, hè? Alsof je 3D-porno aan het bekijken bent. Goeie tijden, al behoren ze wat mij betreft tot het verleden.»
HUMO Hoezo?
BOCKIE «Seks is tof, maar het staat al lang niet meer bovenaan op mijn prioriteitenlijst. Vroeger speelde dat altijd in mijn hoofd als ik uitging: amai, ik hoop dat ik vanavond iemand kan binnendoen. Maar dat is inmiddels volledig weg. Mijn luiheid vreet mijn geilheid op, ik denk dat dat het is.»
HUMO De laatste keer dat ik je interviewde, afgelopen zomer, had je net een paarse boxspring met, zoals je het zelf omschreef, ‘een gigantische pornoluifel’ laten leveren. Daar hebben zich in de tussentijd nog niet veel actiescènes afgespeeld?
BOCKIE «Nee. Al heeft dat er vooral mee te maken dat ik sinds een maand of zeven bijna altijd in Ninove slaap, het afvoerputje van Aalst. Ik heb inmiddels een vriendin uit Ninove, Julie, die nog bij haar ouders woont. Enfin, in een kangoeroewoning boven de – jawel – karnavalswinkel die haar ouders uitbaten. Als ik na een draaidag om acht of negen uur thuiskom, staat er tegenwoordig dus een bord mama-eten voor me klaar: een koteletje, patatten en groenten. Dat ik dat op mijn 36ste nog mag meemaken!»
HUMO Hoe heb je haar leren kennen?
BOCKIE «In mijn stamcafé, Villa Vilander, een week of zo nadat jij me daar de vorige keer geïnterviewd had. Ik weet nog dat ze met een vriendin binnenkwam: ik zat aan de toog met een kater die ik niet weggezopen kreeg, en ik dacht: ‘Jow, wie de fuck is dat?’ Zij was de hele tijd naar mij aan het kijken, en op een gegeven moment stapte één van de obers op me af: ‘Die meisjes daar zouden het leuk vinden als jij hun wat uitleg zou geven over onze wijnen’ – ik ben parttime sommelier in Villa Vilander. Enfin, het klikte, waarna we eerst even een LEP-relatie hebben gehad – lachen, eten, poepen. Dat voelde comfortabel voor mij, omdat ik zo nog altijd de kans openliet om iets met andere vrouwen uit te steken. Maar na een tijdje dacht ik: fuck it, we gaan er volledig voor. De beste beslissing die ik ooit gemaakt heb, ik zweer het. We zijn zelfs over kinderen aan het nadenken, kun je ’t je voorstellen?»
HUMO Nee.
BOCKIE «Er hangt een bord in haar keuken waarop ze de negatieve en de positieve punten van het hebben van kinderen heeft geschreven. Aan de negatieve kant staan er zeventien punten, aan de positieve tot nog toe één: ‘onvoorwaardelijke liefde’. Enfin, we zijn er nog niet uit.»
Hebzucht
BOCKIE «Geld heeft me nooit geïnteresseerd. Ik verdien nu meer dan ik ooit verdiend heb, want televisie betaalt goed, maar ik gooi alles over de balk: als ik met vrienden ga eten, dan ben ik de eerste die zijn flappers bovenhaalt om iedereen te trakteren. Ik vind dat plezierig, al besef ik meer en meer dat het op deze manier natuurlijk lastig is om euh, hoe noem je dat? Iets uit te bouwen. Zo heb ik ook nooit aan pensioensparen gedaan, omdat ik er altijd voetstoots van ben uitgegaan dat ik toch dood zou zijn tegen mijn welverdiende pensioen. Maar nu bekruipt de gedachte me weleens: ‘Wat als ik dan níét dood ben?’ Ik voel langs alle kanten dat mijn volwassen leven op het punt staat te beginnen.»
HUMO Daar zit je vriendin vast voor iets tussen.
BOCKIE (grinnikt) «Hoe raad je het.
»Lang geleden ben ik eens op het idee gekomen om naar mijn bank te stappen, en het minimumbedrag op mijn zichtrekening naar min 1.250 euro bij te stellen. Sindsdien is min 1250 euro mijn nul euro, snap je wat ik bedoel? Iedereen zou dat moeten doen, want in feite krijg je op die manier gratis geld van de bank.»
HUMO Geniaal.
BOCKIE «Ja, hè? Maar Julie vindt zulke zaken maar niks. Ze werkt vast voor de stad Ninove – een hopeloze zaak, natuurlijk – en gaat veel verstandiger met haar geld om. Ze begint nu zelfs al weleens over het kopen van een huis, stel je voor. Zelf zie ik daar nog altijd de meerwaarde niet van in, ook al hebben zowel mijn mama als mijn schoonouders het me al met handen en voeten proberen uit te leggen. Als er bij mij een kraan lekt, dan bel ik gewoon naar mijn huisbaas: toch veel gemakkelijker? Maar mijn vriendin denkt daar anders over, en ik wil er ook weer geen strijd van maken.»
HUMO Word je sinds je bekend bent al eens gevraagd om tegen betaling een lint te komen doorknippen?
BOCKIE «Welja, ze vragen me al eens om vrijgezellenfeestjes op te vrolijken, of acte de présence te geven in één of andere discotheek. Fok dat, denk ik dan. Als jij een goed feest geeft, dan zal ik er hoogstwaarschijnlijk sowieso zijn (lacht).
»Gisteren werd ik op weg naar mijn laatste draaidag gebeld, maar mijn gsm stond af. ‘Goeiemiddag meneer Van Boxstael,’ hoorde ik even later een ernstige mens op mijn voicemail zeggen. ‘U spreekt met die en die van de BNP Paribas Fortis-bank te Aalst. Zou u me dringend kunnen terugbellen, alstublieft?’ Ik werd lijkbleek: ‘O nee! Er is iets ergs met mijn VISA-kaart gebeurd!’ Ja, weet ik veel, hè? Ik bel die mens dus terug, en hij begint in plat Oilsjters: ‘Ah, den Bockie! Seg, wij zitten hier in april met een city run, en ze loeipen ook door de BNP Paribas. Zoude gij hier niet in een plezant hemd willen gaan staan om de menschen ewa te entertainen?’ Ik zeg: ‘Mail maar, we zullen wel zien.’ ‘We zijn dan wel een bank, maar we hebben een klein budget,’ zei hij ook nog – je moet maar durven (lacht). Ik zeg: ‘Mijn geld staat toch bij jullie, pak daar maar wat van.’ Toen ik oplegde, dacht ik: fuck, zoiets zou ik nooit doen.»
HUMO Pourquoi pas?
BOCKIE «Omdat ík dat niet ben.
»Onlangs zat Wim Lybaert in dat programma met Sergio Herman (‘Sergio over de grens’, red.), en hij legde uit waarom hij gestopt was met ‘De Columbus’: ‘Het voelde meer en meer alsof ik een rolletje aan het spelen was. De mensen hebben dat door.’ Zo denk ik er ook over. Die tussenstukjes in ‘Dat eet dan gelukkig zijn’ waar ik zogezegd moet antwoorden op wat Wim Opbrouck me buiten beeld vraagt? Daar heb ik vaak discussies over gehad. En heb je de campagnefoto gezien waarop ik met een superblije kop een kommetje soep krijg aangereikt? Normaal zou ik dat nooit hebben gedaan, want wie wordt er nu in godsnaam zo blij van een kommetje soep? Maar goed, voor één keer was ’t oké. Wat wel een probleem was: ik had die dag al acht keer moeten overgeven. Zo ziek als een hond was ik, terwijl ik toch maar drie gin-tonics of zo gedronken had de avond ervoor. ’t Heeft het uiterste van mijn krachten gevergd om te doen alsof ik ik-weet-niet-hoe blij was met dat kommetje soep.»
HUMO Respect.
BOCKIE «Dank je, dank je. Zeg, ik voel me op mijn gemak bij jou. Je ziet er vandaag een beetje als een pastoor uit, ik denk dat dat het is.»
HUMO Ik zal doen alsof ik dat niet gehoord heb, en je een vraag stellen die ik je daarnet al had moeten stellen.
BOCKIE (lacht) «Oké, patj.»
HUMO Heeft An Lemmens al gereageerd op het feit dat jij haar afgelopen zomer tot favoriete onenightstand uitriep?
BOCKIE «Nee. Niet erg hoor, want voor mij hoeft het inmiddels ook niet meer echt. Ik vind haar nog altijd een prachtige vrouw, laat dat duidelijk zijn, maar ik denk niet dat ze een weekend Aalst zou overleven. Dat is de lakmoesproef, hè? Mijn vriendin kan dat wel, want ze is van Ninove.»
Traagheid
BOCKIE «Als ik moet kiezen tussen keihard werken, keihard zat worden en keihard de luiwammes uithangen – de drie activiteiten die me het meest gelukkig maken in dit leven – dan kies ik voor het laatste. Ik kan zonder enig probleem 48 uur in mijn zetel onder een deken blijven liggen. Serietje kijken, af en toe wat slapen, en als ik honger heb het lekkerste dat Aalst te bieden heeft aan huis laten leveren. Ik ben snel tevreden, denk ik, een eigenschap waar ik óók al tevreden mee ben.»
Afgunst
BOCKIE «Van afgunst heb ik geen last: ik gun iedereen zijn egostrelingen en zijn geld. Doe je ding, meer kan ik er niet over zeggen.»
HUMO Volgende hoofdzonde dan maar?
BOCKIE «Zo schiet het wel op, hè?»
IJdelheid
BOCKIE «Jij kunt je dat met jouw looks natuurlijk moeilijk voorstellen, maar neem het van mij aan: het is zalig om lelijk te zijn. En ik zeg dit nu niet opdat jij zou zeggen: ‘Maar Bockie toch, je bent helemaal niet lelijk!’ Ik meen dat: ik ben lelijk, en ik voel me daar geweldig bij. ’t Is supergemakkelijk, hè? Ik hoef mezelf geen uur lang voor de spiegel mooi te staan maken, want wat maakt het in mijn geval uit?»
HUMO Besteed je veel aandacht aan je kleding?
BOCKIE «Totaal niet. Veel van mijn vrienden zijn sneakerheads, maar ik niet. Waarom zou ik driehonderd euro uitgeven aan een paar schoenen als ik er in het weekend mee ga zuipen in café ’t Elektrieksken? Dan zijn ze na afloop toch compleet bezwadderd. Ik weet nog: als kind ging ik weleens naar school met kapotte schoenen, omdat we thuis het geld niet hadden voor nieuwe. Als het regende, moest ik er dus plastic zakken overheen trekken. Maar nooit ofte nimmer heb ik daarmee ingezeten, echt waar niet. Net zomin als ik er nu mee inzit welke broek ik aanheb. Ik vind het al een prestatie dát ik er eentje aanheb.»
HUMO Je draagt altijd en overal een pet. Om je kaalheid te verbergen?
BOCKIE «Nee, die pet is gewoon wie ik ben. Ik draag er al sinds mijn twaalfde of dertiende iedere dag eentje, en ik krijg rare blikken van mijn vrienden wanneer ik ineens zonder pet op café verschijn: ‘Dat is onze Bockie niet meer.’ Dat weet ik, want op mijn 26ste heb ik dat daadwerkelijk ooit gedaan. (Zet zijn pet af) Eerlijk: hier zit toch een andere mens?»
HUMO Hoeveel petten heb je thuis aan je kapstok hangen?
BOCKIE «Op dit moment geen één (lacht). Dit is mijn enige pet, en dat is ze al veel te lang: al sinds ik als kandidaat in ‘De slimste mens’ zat, twee jaar geleden, draag ik ze iedere dag. Ik begin er nu zelfs online commentaar op te krijgen: ‘Èè-kes! Die vettige pet!’ Het probleem is: ik heb gisteren mijn laatste draaidag gehad, en aangezien ‘Dat eet dan gelukkig zijn’ niet volledig chronologisch wordt opgenomen, kon ik voor de continuïteit niet opeens met een frisse nieuwe pet komen aanzetten. Maar ik ga ze vervangen, beloofd. Ik zei het gisteren nog tegen mijn vriendin: ‘Ik voel dat ik er klaar voor ben.’»
HUMO Je bent niet van de magersten.
BOCKIE (lacht de Bockie-lach) «Zo beleefd!»
HUMO Heb je een bepaald gewicht in gedachten waar je niet overheen wilt?
BOCKIE «Ik zou graag onder de honderd kilo blijven. Da’s de enige vorm van ijdelheid die ik bezit: 99 kilo willen wegen, en dus niet meer ziekelijk obees zijn (bulderlacht).»
HUMO Hoeveel weeg je nu?
BOCKIE «103 kilo. Tja, drie keer per draaidag bij mensen thuis gaan eten: dat merk je op de weegschaal. Zeker wanneer het drie oma’s waren: dan werd ik drie keer gegijzeld, en moest en zou ik een aperitief, een kom soep, een voorgerecht, een hoofdgerecht en een dessert in mijn kas steken. Zes kilo ben ik zo in de voorbije vijf maanden aangekomen – meer dan één per maand. Ik besef het al weken, maar ik krijg ze er maar niet af. Mijn probleem is dat het altijd fout gaat wanneer ik in de zetel tv lig te kijken: dan moet en zal ik een zak chips opentrekken. Ik ben te lui om in plaats daarvan een selder in stukjes te snijden, terwijl ik dat eigenlijk even graag eet. Selder kraakt, hè? En voor mij moet het kraken: anders staan die ondertitels daar voor niks.»
Woede
HUMO Lara Chedraoui van Intergalactic Lovers vertelde me onlangs dat jij vroeger op school meermaals voor haar in de bres bent gesprongen: ‘Werd ik gepest, dan pestte Bockie de pesters zo hard terug dat ze me met rust lieten.’
BOCKIE «Lara en ik kwamen goed overeen, in mijn tienerjaren beschouwde ik haar zo’n beetje als mijn kleine zus.»
HUMO Vocht je weleens in die tijd?
BOCKIE «Ik liep met allerlei opgekropte frustraties rond – geen geld, slechte stiefvaders, kwaaie hiphop – en die hebben weleens tot schermutselingen geleid. Fuck alles en iedereen: dat was mijn motto. Harde kut naar twintig jaar later…»
HUMO Harde kut?
BOCKIE (lacht een Bockie-lach aan dubbel volume) «Harde cut, met een c! Ik zit nu in de media, hè, dus ik gebruik enkel nog mediatermen. Nee, harde cut dus naar twintig jaar later: nu ben ik een mietje dat elke confrontatie wil vermijden. Zelfs als ik een doorbakken steak geserveerd krijg, of garnalenballetjes van 36 euro waarvan de garnalen er voor de helft uit liggen, zoals afgelopen zomer op de fucking dijk van Nieuwpoort: ik zal er een uur lang gefrustreerd van rondlopen, maar ik zeg er niks van tegen de ober. Ik wil gewoon op mijn gemak zijn, zie je? Liefst tot en met de laatste dag van mijn leven.»
HUMO Wat is er dan tijdens die harde cut gebeurd?
BOCKIE «Rond mijn dertigste zat ik in een harde kutperiode, haha, en ben ik vanwege paniekaanvallen naar een psycholoog beginnen te gaan: daar heb ik één en ander in perspectief leren zetten. Sindsdien ben ik zo rustig en chill! Ik maak me over niks of niemand meer druk, omdat ik weet dat dat verloren tijd is, die je niet meer kunt inhalen. Het besef dat alles ooit zwart zal worden, en dat het dan definitief afgelopen is: dat is het enige waar ik stress over heb. ‘Stel dat je één wens zou mogen doen,’ werd me als kind ooit gevraagd. Mijn wens was: ‘Ik zou graag weten wanneer ik sterf.’ ’t Zit er al van jongs af aan in, en het overvalt me nu ik erover praat opnieuw. Doodsangst: dát is de reden waarom ik ben wie ik ben, en waarom ik me zo veel mogelijk hier en nu wil amuseren.»
HUMO Santé dan maar?
BOCKIE «Tjing.
»Zeg, gaan wij anders niet eens een weekend samen op de lappen in Aalst, nu alles weer kan? Je kunt er dan een artikel over schrijven, bij wijze van participerende journalistiek. Ninove mag ook.»