Film★★½☆☆
‘Malcolm & Marie’ op Netflix: geestelijk en zelfs lichamelijk uitputtend getier
Zendaya, thuis met de duimen draaiend nu de filmindustrie goeddeels platlag, belde naar haar ‘Euphoria’-regisseur Sam Levinson: of hij het zag zitten om in een coronaveilige omgeving een filmpje op te nemen. Levinson voelde de inspiratie meteen borrelen, pende in recordtempo een script neer en floot een deel van de technische crew van ‘Euphoria’ bijeen in een villa in California, waar hij in amper veertien dagen tijd een huiselijk drama verfilmde dat nu op Netflix verschijnt.
De jonge filmregisseur Malcolm (John David Washington) geniet thuis volop na van de première van zijn buitengewoon goed onthaalde nieuwe film: hij schenkt een glaasje uit, zet een muziekje op (aaahhh, wat is ‘Down And Out in New York City’ van James Brown toch een schitterende song!), waagt zich aan een dansje, en knort van tevredenheid: ‘Ik ben wat aangeschoten, maar ’t leven is goed, want ik heb het gedáán!’
Intussen tekenen zich op het gezicht van zijn vriendin Marie (Zendaya) donderwolken af: zij is pisnijdig omdat hij haar, zijn muze, in zijn dankspeech vergat te vermelden. Voor hem een vergetelheidje, voor haar een aanleiding om een verbale bokspartij te ontketenen, waarbij de twee geliefden elkaar een hele nacht lang kwetsen en neerhalen in een bittere eruptie van verwijten en rancune. Het brengt Malcolm op een gegeven moment tot een oneliner die ons een beetje groen deed lachen, waarschijnlijk omdat we hem tijdens een héél zeldzame ruzie met één van onze ex-hartenlapjes ook al eens hebben gebruikt: ‘Waarom is het dat telkens als er iets goeds gebeurt, jij iets moet vinden om over te zeiken!?’
Maar voordat de schermutselingen losbarsten, haalt Malcolm uit naar de witte filmrecensente van de L.A. Times, die hem tijdens de receptie na de première al betitelde als de volgende Spike Lee, de volgende John Singleton én de volgende Barry Jenkins. ‘En waarom niet de volgende William Wyler?’ schampert Malcolm. ‘Omdat ik zwart ben, en omdat mijn hoofdactrice zwart is, ziet ze de film onmiddellijk door een politieke lens, terwijl het gewoon gaat over een meisje dat clean wil worden!’
Hierna volgt een aardig monoloogje, waarmee Levinson twee vliegen in één klap vangt: én hij klaagt het subtiele racisme in de filmwereld aan, én hij deelt een sneer uit aan de aan tunnelvisie lijdende filmrecensenten die tegenwoordig elke film meer afwegen aan hun woke-gehalte dan aan de kwaliteit van de regie, of aan de geloofwaardigheid van de emoties.
Welaan, Sam, jij je zin: laten we eens kijken naar jouw regie, en naar de emoties die ‘Malcolm & Marie’ bij ons losmaakte. En dan moeten we jammer genoeg tot de conclusie komen dat er op de hele set-up een schijn van kunstmatigheid rust. Je voelt het aan de met horten en stoten verlopende escalatie van de clash: zo om het kwartier valt de ruzie ineens stil, om vervolgens ietwat geforceerd rond één of ander heet hangijzer (nu eens seksisme, dan weer het egocentrisme van de artiest) weer los te barsten.
En ofschoon het zeker niet valt uit te sluiten dat er straks Oscarnominaties in de richting van Washington en Zendaya zullen gaan, kleeft diezelfde gemaaktheid ook aan de opeenvolgende stemverheffingen van de twee acteurs. Wie het geestelijk en zelfs lichamelijk uitputtende getier van Washington (beter op dreef toen hij in ‘Tenet’ tegen zijn geïnverteerde zelf vocht) en Zendaya (te licht wegend om een door het leven getekende ex-junk te vertolken) vergelijkt met de bezieling van Adam Driver en Scarlett Johansson in ‘Marriage Story’, ziet exact het verschil tussen twee acteurs die zich eens lekker theatraal uitleven, en twee acteurs die zich totaal in hun personages ínleven.
Hoewel: de manier waarop Washington met zijn das over zijn schouder zijn opgewarmde macaroni met kaas naar binnen zit te smakken, krijgt van ons nu al de trofee van fascinerendste schranspartij van het jaar.
‘Malcolm & Marie’ is nu te zien op Netflix.