film★★★★☆
Met ‘Raya and the Last Dragon’ heeft Disney er een klassieker bij
In een tijd waarin zelfs de meest eenzelvige zielen onder ons een beetje op hun droge tandvlees beginnen te zitten (Café Roskam, open u!), komt de wonderschone nieuwe Disneyfilm ‘Raya and the Last Dragon’ (sinds 5 maart te zien op Disney+ én in de bioscopen, tenminste in de landen waar die open zijn) werkelijk als een godsgeschenk uit de animatiefilmhemel vallen.
Vanaf de eerste minuut heb je het gevoel dat de realiteit wegklapt, dat er zich in je woonkamer een magisch portaal opent en dat je wordt opgetild en meegezogen naar een fantastische wereld – Kumandra geheten - vol tover en avontuur en dreiging; en dan hebben we het niet over de dreiging van een pandemie maar van de Druun, een boosaardig ras van demonen die hun slachtoffers letterlijk versteend achterlaten. In die wereld zijn alle klassieke Disney-ingrediënten in overvloed aanwezig, en het is lang geleden dat ze zó uitzonderlijk goed smaakten.
Nu Elsa op haar gemak ligt te chillen in haar ijspaleis, maken we kennis met een nieuwe onvergetelijke heldin: Raya, een stoere krijgster die zich tijdens haar jacht op de resten van een magische drakensteen zó onverschrokken gedraagt dat zelfs wíj ons tot in het diepste van onze vrouwelijke hormonen empowered voelden – en wij behoren niet eens tot het vrouwelijke geslacht! Kun je nagaan! Geweldige sidekicks ook: Sisu natuurlijk, de pluizige draak met wie Raya een prachtig duo vormt, maar ook Tuktuk en (onze favoriet) Tong, de eenogige kolos die over zichzelf beweert dat hij in het leven slechts één doel heeft: angst aanjagen en schedels kraken (Sisu, kurkdroog: ‘Dat zijn twee doelen’).
En dan die beeldenpracht! Alsof de tekenaars nauwgezet de reisgidsen van Indonesië, Thailand en Maleisië hebben bestudeerd, herkennen we in de landschappen, rituelen en tradities van Kumundra en in de gelaatstrekken van de personages talrijke typische Aziatische elementen, maar de makers hebben met die elementen een op zichzelf staand, adembenemend ogend, tot in het kleinste detail schitterend vormgegeven universum opgebouwd, met als hoogtepunt de door lampionnen verlichte stad op het water. Al dat fraais werd zoals in de beste Disney-traditie (remember ‘Bambi’, of denk aan het heengaan van de ouders van Anna en Elsa!) aangevuld met enkele aangrijpende adieus en verrassend duistere momenten die uw botten zullen doen verkillen. In een door merg en been gaande scène vertelt Tong dat hij de enige van zijn volk is die de invasie van de Druun heeft overleefd, waarna Raya in de hoek van de kamer een leeg wiegje bemerkt: een zielroerend moment dat Raya doet beseffen dat zij niet de enige is die iemand heeft verloren.
Al dat moois bij elkaar genomen zouden wij zelfs durven te stellen dat het moment is aangebroken dat The Walt Disney Animation Studio op het vlak van familie-entertainment voorlopig weer de fakkel overneemt van Pixar. Bleken de werelden van ‘Soul’ en ‘Inside Out’ – hoe briljant vormgegeven ook - nét iets te complex voor de kleintjes onder ons, dan is ‘Raya and the Last Dragon’ écht nog eens zo’n animatiefilm voor het héle gezin, hond en kanariepiet inbegrepen. Er sluipt wel een peperdure adder onder het gras van Kumandra: zelfs de Disney Plus-abonnees dienen 21,99 euro extra op te hoesten voor ‘VIP-access’ tot ‘Raya and the Last Dragon’. U kunt die som ook altijd besteden aan vier grote frietzakken, een cervela speciaal en drie curryworsten, maar anderzijds krijgt u wél waar voor uw geld: Disney heeft er namelijk een klassieker bij.