null Beeld Humo
Beeld Humo

Jonge Leeuwen

Mona Mina Leon uit ‘1985’: ‘Er moet ruimte zijn voor kwetsbaarheid, hoe moeilijk het leven soms ook is’

Mona Mina Leon (26), de wondermooie revelatie van het sterke ‘1985’, wil afspreken in het rauwe Brusselse Kuregem, waar ze opgroeide. Het eerste moment staart ze me aan: ‘Huh? Zaten wij twee maanden geleden niet te babbelen aan een toog in Amsterdam?’ Ze heeft gelijk. De oer-Brusselse, zo blijkt, zwerft graag over de aardbol en woonde ook al twee jaar in Australië. Ze wil leven, en niet een beetje. Het liefst van al gooit ze zichzelf voor de leeuwen. ‘Doen waar ik bang voor ben, daar word ik gelukkig van.

Stefanie De Jonge

Leon speelt Vicky, de zus van één van de twee rijkswachters in ‘1985’, de serie met als motor de banden van het korps met de Bende van Nijvel. Om zich op haar rol voor te bereiden, belde ze met haar grootvader. Hij was de eerste rijkswachtofficier die – in Humo – getuigde over de misstanden bij het korps.

MONA MINA LEON «Hij leeft nog, maar ik zie hem veel minder dan mijn grootmoeder, van wie hij gescheiden is. Aan de telefoon vertelde hij me hoe rijkswachters zich destijds tegen hun eigen collega’s keerden, en dat er in het onderzoek naar de Bende van Nijvel veel sabotage is geweest.

»De jaren 80 en 90 zijn nu heel hip, maar ik besef wel dat we die tijd nogal romantiseren. De Koude Oorlog hing in de lucht, en de maatschappij was enorm gepolariseerd. (Denkt na) Vandaag is het eigenlijk niet anders. Ik was eind vorige maand op de uitreiking van de MIA’s: die avond gaat over muziek, iets wat gevierd zou moeten worden, maar een zekere politicus vindt het dan toch weer nodig om er een verhaal van ‘Nederlandstalig tegen Franstalig’ van te maken. Zo jammer.

»In die zaal heerste ook – héél fascinerend vond ik dat – een soort kastensysteem: de bekende Vlamingen van de A-list zaten aan ronde tafeltjes te midden van het feestgedruis, in de tribunes zaten de B-lijsters, onder wie ik dus (lacht). Zo kon ik overal subtiele machtsverhoudingen zien. Stromae was er bijvoorbeeld wel, maar hij had een reus van een bodyguard meegebracht. Hij had naar mij en mijn vriendin Lien gelachen, waardoor ik dacht: ah, leuk! Stromae wil babbelen! Dus liep ik op hem af, maar die bodyguard kwam meteen tussenbeide. Ik denk dat hij die ook echt nodig heeft. Volgens mij is hij een heel lieve jongen, die zonder zo’n beschermer bedolven zou worden onder mensen zoals ik (lacht)

HUMO Maar we hadden het over ‘1985’ en de jaren 80, die nu zo geromantiseerd worden. Waarom eigenlijk?

LEON «Vanwege de heerlijke afwezigheid van sociale media, natuurlijk. Ik heb net een tijdje in afzondering gezeten in een abdij, zonder telefoon. Het was alsof mijn oude brein weer werd aangezet! Ik herinnerde me de gsm-loze tijd weer, die ik nog net heb meegemaakt: o ja! Zó was het om me te vervelen! En vanuit die verveling begonnen mijn eigen fantasietjes me te animeren. Dat was al zo lang niet meer gebeurd.

»Met je gsm zit je toch altijd te wachten. Meestal op iets wat niet komt – een soort wachten op Godot. Sociale media zijn ontworpen om je verslaafd te maken. En ik ben een gedroomd slachtoffer, dus ik ben constant overprikkeld.»

HUMO Wanneer zat je in die abdij?

LEON «Tijdens oud en nieuw.»

HUMO Echt? Wat een goed idee!

LEON «Ja, hè. Ik kreeg zóveel zenuwen van Nieuwjaar, dat per se leuk moet zijn. Toen er geen duidelijke plannen waren, besloot ik om het gewoon helemaal niet te vieren. En ben ik naar die abdij gegaan.

»Het is toch debiel dat we elk jaar doen alsof alles vanaf 1 januari helemaal anders zal zijn? De wereld werkt toch helemaal niet in jaren? We zitten bovendien in een diepe crisis: over vijf jaar zal er misschien reden zijn om een nieuw jaar te vieren, maar nu toch niet?!

»Ik heb me keigoed gevoeld in die abdij. Eindelijk een Nieuwjaar dat ik nooit zal vergeten.»

HUMO Klopt het dat Vicky, jouw personage in ‘1985’, gebaseerd is op maker Willem Wallyn zelf?

LEON «Ja. Hij was ook dj bij de illegale studentenradio FM Brussel, samen met onder anderen Marcel Vanthilt en Dominique Deruddere. Oorspronkelijk waren de hoofdpersonages dan ook drie jongens.»

HUMO Tot het besef doordrong: dat kan niet meer in deze tijd.

LEON «Ik hoop het (lacht)

HUMO Je wilde, heb je her en der al verteld, je personage wel bijschaven. Je vond Vicky te veel een supervrouw: immens geëngageerd, hoge cijfers, aanbeden door alle jongens. Het deed me denken aan het klassieke beeld van de vrouw als madonna – in tegenstelling tot de vrouw als hoer.

LEON «Willem had een vrouw voor ogen die bij hem aan de Vrije Universiteit Brussel zat en die hij... Nou ja, je kent het wel, dat jongetjesidee: ‘Aaah, die vrouw!’ Ik vind dat schoon, hè – maar hij maakte er inderdaad te veel de ideale vrouw van.

»Vicky was oorspronkelijk ook maar met één man bezig. ‘Er wordt nog altijd gedacht dat vrouwen weinig seksuele impulsen hebben,’ zei ik tegen Willem, ‘maar ik ben een vrouw en ik weet: dat klopt niet. We liegen er misschien over, omdat we nog altijd riskeren voor slet te worden uitgemaakt. Hoe mooi ik je jongensachtige enthousiasme ook vind, we moeten wel wat puntjes op de i zetten.’ En dat mocht.»

HUMO Geweldig! Eerlijke man-vrouwpatronen gaan je duidelijk ter harte. Speelt daar de invloed van je moeder?

LEON «Zij is veel timider dan ik. Over dingen als seks praat ik nooit met haar. Maar als we samen naar ‘Fleabag’ kijken, de Britse serie van en met Phoebe Waller-Bridge, lacht ze zich rot. En dan besef ik: in se ben je helemaal niet zo anders dan ik.»

HUMO Heb je het kunstzinnige van haar? Ze is opgeleid als fotograaf.

LEON «Dat klopt, maar ze heeft nooit als fotograaf gewerkt. Dat durfde ze niet. Jongens namen op school, tijdens opdrachten, de camera uit haar handen en zeiden: ‘Kijk, wij zullen even tonen hoe het moet.’ Ze bedoelden het goed, maar mama werd daar alleen maar onzekerder van.

»Ik moet nu denken aan een lezing die ik pas met twee vrienden heb gegeven. Het zijn allebei superlieve gasten, en ik denk dat het met hun onzekerheid te maken had, maar we waren nog maar net begonnen of ze begonnen mij te regisseren! Bij elkaar deden ze dat ook, maar toch vooral bij mij. Zelf word ik daar strijdvaardig van, maar veel vrouwen beginnen in zo’n situatie te verdwijnen. Dat heeft niks te maken met talent en alles met zelfverzekerdheid en geloof in jezelf.»

‘Mijn grootvader, een rijkswachter, vertelde me dat er in het onderzoek naar de Bende van Nijvel veel sabotage is geweest' Beeld vrt
‘Mijn grootvader, een rijkswachter, vertelde me dat er in het onderzoek naar de Bende van Nijvel veel sabotage is geweest'Beeld vrt

HUMO Dat je vrienden je begonnen te regisseren, zeg je, gebeurde ook uit onzekerheid. Mannen beginnen dus vaker te roepen als ze wankelen, terwijl vrouwen dan eerder krimpen.

LEON «Dat wordt je toch ook van kleins af aan aangeleerd? Onlangs nog zag ik een rijtje kinderen waartussen een jongetje zat te huilen. Wat zei de juf? ‘Stop daar eens mee! Je bent toch geen meisje?’ Jongens mogen niet huilen. En als meisjes luid zijn, is het meteen: ‘Kalm! Gedraag je!’ Dat is toxisch, hè. Het is dus superlogisch dat we totaal anders omgaan met onze kwetsbaarheid. Ik zou geen jongen willen zijn, hoor. Ik ben heel blij dat ik kan huilen wanneer ik dat wil.

»Laatst dacht ik: nu snap ik waarom voetbal – of sport in het algemeen – zo belangrijk is voor mannen. Zo’n veld is de enige plek waar ze hun emoties mogen tonen. Daar mogen ze blij zijn als ze gewonnen hebben en blèten als ze verliezen. Zelfs in het theater is het niet helemaal geaccepteerd dat mannen tonen dat iets hen raakt. Ik wil absoluut niet denigrerend doen over mannen, het lijkt me gewoon vreselijk. Onder mannen die op latere leeftijd scheiden zijn de zelfmoordcijfers keihoog, omdat ze wel bij vrienden op bezoek gaan maar daar niet praten over hoe ze zich voelen. Ze willen wel, maar weten niet hoe.

»In relaties speelt dat ook. Ze moeten overal stoer doen en in een relatie horen ze ineens: ‘Zeg toon je ’ns kwetsbaar!’ Ik zou het ook niet meer weten, hoor.»

HUMO Je lijkt te spreken uit ervaring.

LEON (lacht) «Klopt. William, mijn Australische ex-vriend, was heel gesloten. Het toonbeeld van mannelijkheid. Een zwemmer, heel costaud. Met hem heb ik veel gesprekken gehad over hoe hij vastzat in dat keurslijf. Hij kon soms best denigrerend doen over acteren, maar ergens was dat uit jaloezie: ‘Jij kunt je zo goed uiten, terwijl ik niet weet hoe ik eraan moet beginnen.’ Natuurlijk komt er dan woede uit. Want dat gevoel ís er wel, en het gaat niet weg.

»Dat keurslijf zie ik ook sterk bij mijn grootvader – de rijkswachter. Hij is heel stoïcijns, maar is dat natuurlijk niet echt. Daarom wil ik graag iets zeggen over het commentaar dat ‘1985’ echt een mannenserie is. Dat is wel zo, maar ik vind het in dit geval heel goed gedaan.»

HUMO Leg uit.

LEON «In ‘1985’ krijg je – en dat vind ik keimooi aan de serie – heel goed te zien: zó zijn mannen wanneer ze bij elkaar zijn, en zó zijn ze wanneer ze alleen zijn. Zodra ze in interactie gaan met elkaar: baf! Dan trekken ze hun muur op. Zijn ze alleen in beeld, dan zie je: oei, eigenlijk gaat het helemaal niet goed. Maar telkens weer zetten ze dat masker op. Ze zijn allemaal eenzaam, omdat ze ’t zichzelf afleren om connecties aan te gaan.»

RARE SNUITERS

HUMO Jij bent vooral door je vader opgevoed.

LEON «Mijn moeder werkte heel hard. Naast haar job in de Muntschouwburg volgde ze avondschool om het examen van de Europese Commissie te kunnen afleggen. Daar werkt ze nu. Mijn vader was kunstschilder en gaf les aan de Academie Beeldende & Audiovisuele Kunsten in Anderlecht. Hij had meer tijd voor ons.

»Mijn broers en ik werden ook helemaal gelijk behandeld. We droegen dezelfde kleren en kregen hetzelfde speelgoed. We waren een beetje rare snuiters.»

HUMO Hoe bedoel je?

LEON «Ik ging naar het strenge, katholieke Regina Caelilyceum in Dilbeek terwijl ik in Kuregem woonde. Ik had een heel andere mindset dan de meesten daar.»

HUMO Maar je dacht niet: er is iets mis met mij.

LEON «Tuurlijk wel! Dat heb ik heel lang gedacht. Ik snapte maar niet wat er aan me schortte.»

HUMO Kon je daar thuis over praten?

LEON «Mijn ouders waren aan het scheiden, dus daar was weinig ruimte voor. Ik wilde hen er ook niet mee belasten. Ik heb het zelf moeten oplossen. Het was een lastige tijd, want er was nog andere heftige shit. Op veel vlakken werd ik bruut uit mijn jeugd gehaald. Ik denk dat ik daarom zo van acteren ben gaan houden: het liet me toe om mijn kind-zijn weer op te zoeken.»

'Vroeger vloog ik veel sneller in iemands armen: ‘Ik heb liefde nodig!’ Voor het eerst heb ik geen last van die hunkering. Ik ben alleen en vind dat fijn' Beeld Koen Bauters
'Vroeger vloog ik veel sneller in iemands armen: ‘Ik heb liefde nodig!’ Voor het eerst heb ik geen last van die hunkering. Ik ben alleen en vind dat fijn'Beeld Koen Bauters

HUMO Je ging niet meteen naar de toneelschool, maar besloot architectuur te studeren.

LEON «Aan het lyceum in Dilbeek word je vooral klaargestoomd om dokter of advocaat te worden. Architectuur was de enige studie die creatief was maar – naar hun normen – toch nog chic genoeg.»

HUMO Toneelspelen deed je al vanaf je 6de.

LEON «Ja, ik deed dat echt graag. Ik vond het leuk om te weten dat ik mijn eigen tekst had, en dat niemand me zou onderbreken terwijl ik hem uitsprak. Dan was er opeens een duidelijke structuur. Acteren zet mijn hoofd helemaal uit. Ik ben ooit eens helemaal geconstipeerd geraakt omdat ik zozeer opging in mijn spel dat ik, telkens als ik naar het toilet moest, dat gevoel wegduwde (lacht)

HUMO Kon je even hevig opgaan in architectuur en ontwerpen?

LEON «Niet echt. Ook in die opleiding voelde ik me niet echt thuis. Ik herinner me nog een moment: ik keek om me heen en zag allemaal mensen die zichzelf erg serieus namen. Ze zagen er ook allemaal hetzelfde uit – sobere kleren, zware brilmonturen, het archetype van de architect. Ik snap dat wel, mensen zoeken houvast. Maar, denk ik dan, we gaan toch allemaal dood? Dus zó serieus hoef je het nu ook weer niet te nemen. Je hoeft niet te bewijzen dat je het recht hebt om te bestaan. Iedereen heeft bestaansrecht. Dus kalm aan maar.»

HUMO Wijs! En toen ben je met die studie gestopt.

LEON «Ja, maar ik moet wel eerlijk zeggen dat ik ook aan het falen was (lacht). Terwijl ik nog nooit gefaald had. Aan de humaniora deed ik altijd het absolute minimum, en dat volstond. In de architectuuropleiding werkt dat niet. En dus dacht ik: als ik dan toch aan het falen ben, kan ik net zo goed gaan falen in iets wat ik echt graag doe. Toen ben ik het toelatingsexamen gaan afleggen bij het RITCS in Brussel.»

DE GIFTIGE VRAAG

HUMO Je zei net dat je begrijpt dat mensen houvast zoeken. Waar zoek jij die?

LEON «Euh… Goeie vraag. Ik zoek houvast door dingen waarvoor ik bang ben tóch te doen.

»Ik heb veel geworsteld met het niet-snappen van dingen. Mijn eerste lief zei altijd: ‘Jij denkt te veel.’ Maar dat vind ik juist goed. Want dat is wat ik wil: mezelf ontwikkelen. En hoe ontwikkel je? Door veel te denken en veel naar mensen te luisteren. En dus ook door alles te doen wat je graag wilt doen, maar waar je ook een beetje bang voor bent – omdat mensen je zouden veroordelen of uitlachen. Ik probeer mezelf niet vast te zetten. Wat anderen van me denken, daar probeer ik totaal niet mee bezig te zijn. Zo leef ik nu, en daar word ik heel gelukkig van.»

HUMO Van wie heb je dat lef geërfd?

LEON «Van niemand.

»Ik heb veel belangrijke mensen verloren door ongelukken. Mijn oma, die me heel dierbaar was, is met haar auto op een spoorweg terechtgekomen. Mijn oom, een filosoof met wie ik veel over het leven praatte, heeft zelf een einde aan zijn leven gemaakt. Van de ene dag op de andere waren ze er niet meer. Dat je leven elk moment voorbij kan zijn: die gedachte geeft me lef. Ik ben me heel bewust van de dood. Als ik voor een keuze sta, denk ik vaak: zal ik op het einde van mijn leven spijt hebben als ik dit nu doe? Nee, ik zal spijt hebben als ik het níét doe! En dan spring ik.

»In de liefde ben ik net zo. Ik wil me niet laten leiden door verlatings- of bindingsangst. Ik wil gáán voor de liefde, met het risico dat ik keihard met mijn hoofd tegen de muur knal. De mooiste momenten zijn toch die waarop je je helemaal geeft? Dat doen kinderen ook, hè. Maar het wordt ons afgeleerd. Langzaam krijgen we die giftige vraag ingespoten: wat zullen de mensen daarvan denken? Die vraag heeft mij in het verleden ook zorgen gebaard. In het eerste jaar aan het RITCS nog. Ik durfde nauwelijks het podium op, want ik dacht: straks zullen de anderen doorhebben dat ik hier niet thuishoor.»

HUMO Gaan voor de liefde deed je. Je bracht er twee jaar voor door in Australië.

LEON «Ja (lacht). Ik had Will ontmoet op mijn eerste verre reis, naar Cuba, in mijn tweede jaar aan het RITCS. Nadat ik afgestudeerd was, dacht ik: ik ga gewoon naar Australië. Ook omdat ik wilde uitzoeken of ik dat acteren echt wílde. Ik wilde de twijfel toelaten.

»In Australië heb ik even in een Belgisch biercafé gewerkt. Maar na drie maanden begon ik alweer naar het theater te gaan. Zonder Will, want ik wilde er mensen leren kennen. Ik ben auditie gaan doen, de goesting om te spelen was te groot.»

HUMO Dat geeft kracht, hè, als je in je eentje ergens helemaal anoniem van nul kunt beginnen, en het lukt.

LEON «Totaal! Dat is zo leuk. Joni Mitchell heeft dat mooi omschreven: ‘Remove the crutches.’ Smijt alle krukken die je hebt weg, ga na of je op eigen benen kunt staan. Je leert je eigen kracht kennen en merkt: eigenlijk heb ik niemand nodig. Dat geeft je zoveel zelfvertrouwen.»

‘Toen een minister op de MIA’s het podium misbruikte om zijn Vlaanderen te verheerlijken, ben ik hem niet gaan uitjouwen. Ik dacht gewoon: weer iemand met een reusachtige blinde vlek.’
 Beeld Koen Bauters
‘Toen een minister op de MIA’s het podium misbruikte om zijn Vlaanderen te verheerlijken, ben ik hem niet gaan uitjouwen. Ik dacht gewoon: weer iemand met een reusachtige blinde vlek.’Beeld Koen Bauters

HET VROUWENDING

HUMO Maar je bent weer terug in België. De liefde is moeilijk, hè.

LEON (lacht)

HUMO Huh?

LEON «Het gezicht dat je trok toen je die vraag stelde. Zo veelzeggend! (hikt nog na)

»De liefde is eigenlijk heel simpel. Het wordt alleen moeilijk door de angst die ermee gemoeid is. En door die vervelende rolpatronen. Jij bent ook een heel directe vrouw, denk ik. Veel mannen worden daar onzeker van. Dan denk ik: mannen, omarm dat toch gewoon! We zijn hier niet ter meerdere eer en glorie van jullie. We zijn op zichzelf staande wezens. Jullie kunnen náást ons gaan staan, en we kunnen elkaar steunen.

»Ik ben altijd zo opgelucht als ik iemand ontmoet die zichzelf ziet zoals hij of zij is. Als je je ego niet kunt scheiden van je wezen, worden alle conflicten meteen veel te persoonlijk. Will en ik hebben dat moeten leren. Ik ben lang niet zelfverzekerd genoeg geweest om naast iemand te gaan staan. Dan ga je achter of voor iemand staan, dan komen er verwijten en loopt het mis.

»En er is natuurlijk ook dat vrouwending.»

HUMO Vrouwending?

LEON «Als koppels langer samen zijn, beginnen vrouwen zich toch vaak in dienst te stellen van hun man. (Zwijgt) Mijn mama heeft na haar huwelijk geen serieuze relatie meer gehad. Ik heb dat lang heel erg gevonden. Mijn oma is na haar scheiding ook alleen gebleven. Nu denk ik: als ik moet kiezen tussen mijn vrijheid en een relatie waarin ik toch weer dienstbaar word, maak ik dezelfde keuze. Dan ben ik ook liever alleen.»

HUMO Je bent single.

LEON «Vroeger was ik op amoureus gebied veel sneller geïnteresseerd in anderen. Maar hoe beter ik mezelf leer kennen, hoe minder snel ik van iemand anders onder de indruk ben. Ik kan mensen nog altijd heel aantrekkelijk vinden, maar er hoeft niet meer meteen iets geconsumeerd te worden. Vroeger vloog ik veel sneller in iemands armen: ‘Ik heb liefde nodig! Geef me knuffels!’ Voor het eerst heb ik geen last van die hunkering. Ik ben alleen en vind dat echt fijn.

»Het is lang een idee-fixe van me geweest: ‘Ik moet een relatie hebben, want ik wil kinderen.’ Huisje-boompje-beestje. Maar dat ideaal is langzaam aan het verdwijnen. Almaar meer vrienden krijgen kinderen in een heel andere constellatie. Een gaykoppel en een vrouw die in hetzelfde gebouw woont, bijvoorbeeld. Het idee dat het helemaal anders kan, geeft me ook rust.»

HET BOEK

HUMO Ik hoor je graag spreken over hoe je leeft. Klopt het trouwens dat je een boek aan het schrijven ben?

LEON «Ik schrijf al heel lang alles op wat ik overdenk, omdat ik niets wil vergeten. Aan mijn vader heb ik het dagboek van mijn oom gevraagd, en ik merk dat hij met hetzelfde lichtvoetige cynisme schrijft als ik. Het was heel raar, die herkenning.»

HUMO Was het ook niet beangstigend?

LEON «Omdat hij uit het leven is gestapt? Nee. Hij zat, zo blijkt ook uit het dagboek, fundamenteel anders ineen dan ik. Hij had een sterk geloof in de wetenschap en in maakbaarheid. Volgens hem torende de mens boven alles uit. Dat is een loodzwaar mensbeeld.»

HUMO Hij leefde natuurlijk nog in de hoogdagen van het neoliberalisme.

LEON «Precies. Dat speelde absoluut mee, denk ik. Hij was een idealist, heel antikapitalistisch, maar hij had wel een reclamebureau. Dan kun je natuurlijk niet anders dan ongelukkig worden. Ik ga zijn dagboek gebruiken voor mijn boek.»

HUMO Waarover zal dat gaan?

LEON «Ik wil donkere gedachten bespreekbaar maken. Als je een einde aan je leven maakt, wil dat nog niet zeggen dat je niet actief naar geluk op zoek bent geweest. En dat je tijdens die zoektocht niet hebt genoten. Mijn oom heeft alleen zijn sleuteltje niet gevonden.

»Ik wil het koste wat het kost vertellen dat er ruimte moet zijn voor kwetsbaarheid, hoe moeilijk het leven soms ook is. Dat je soms verloren mág zijn. Bij veel mensen brengt dat zoveel schaamte teweeg. Mijn oom is failliet gegaan. Op een bepaald moment stond hij buiten de maatschappij, en hij raakte er niet meer in.»

HUMO Heb je iets geleerd uit zijn dagboek?

LEON «Hij was een heel warme man, maar soms was hij hard. Zijn moeder stond helemaal anders in het leven dan hij. Zij had de oorlog meegemaakt en leefde heel simpel. Ze had een klein tuintje, zorgde voor haar planten, keek naar ‘Thuis’, en moest van het nieuws niet veel weten. Wat ze wilde was: goed zorgen voor haar kinderen en kleinkind. Ze maakte lekkere confituur voor hen. Mijn oom keek erop neer dat ze geen grote ideeën had en Dag Allemaal las. Hij maakte ruzie met haar en met mijn vader. Hij was zozeer bezig met hoe de wereld ‘zou moeten zijn’, maar vergat te zorgen voor het clubje mensen om hem heen. Hij zag niet in dat hij van de manier van leven van mijn oma ook iets kon léren.»

HUMO Het doet me denken aan iets wat Vicky zegt in ‘1985’: ‘Er zijn mensen die denken dat ze nu al weten hoe hun toekomst eruit gaat zien. Die hun keuzes gemaakt hebben en te enthousiast zijn om nog te twijfelen of ze wel aan de goede kant staan.’

LEON «Soms zijn mensen er zozeer van overtuigd dat ze goed bezig zijn, dat ze niet meer doorhebben: ik heb óók blinde vlekken. In de politiek vind je zulke mensen zowel links als rechts. Ik vond het jammer dat die minister het podium van de MIA’s misbruikte om zijn Vlaanderen te verheerlijken, maar ik ben hem niet mee gaan uitjouwen. Ik dacht gewoon: weer iemand met een reusachtige blinde vlek.»

HUMO Je hebt gelijk. We moeten een plan maken om iedereen zijn blinde vlek te helpen vinden.

LEON «Ja (lacht). En dat doe je dus niet door naar iemand te gaan roepen. Niemand luistert naar iemand die roept.»

HUMO Dan stel ik alle hoop op je boek.

‘1985', Eén, zondag 12 februari, 20.55

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234