TELEVISIE★★★½☆
Patrick Lefevere was de olifant in de kamer die een alcoholluchtje verspreidde in ‘Vive le velo’ op Eén
Geen enkele sport staat zo dicht bij het gewone volk als het wielrennen. Soms, zoals in ‘Vive le vélo’ van gisterenavond, kun je zelfs het gevoel krijgen dat je met een grote naam uit het wereldje aan de toog van een café staat, met een stuk in je kraag terugblikkend op de afgelopen dag.
Enkele uren nadat Remco Evenepoel en Wout van Aert het mooiste brons en het lelijkste zilver hadden behaald, kwamen bij Karl Vannieuwkerke drie gasten langs om te praten over het WK tijdrijden: Élodie Ouédraogo, die zich de afgelopen weken voor het Eén-programma ‘De tijd van ons leven’ omschoolde tot wielrenster, de Nederlander Tom Dumoulin, die mee had kunnen strijden om het goud als hij een week geleden tijdens een training zijn pols niet had gebroken, en Patrick Lefevere, ploegleider bij Deceuninck-Quickstep en dus de baas van Evenepoel en van Kasper Asgreen, die gisteren vierde werd.
In het filmpje dat de drie introduceerde, was Lefevere de enige die stond te leunen tegen een pilaar van La Brugeoise, het statige industriële pand waar ‘Vive le vélo’ werd opgenomen, en zodra de uitzending begon, was snel duidelijk waarom. Toen Vannieuwkerke hem vroeg of hij snapte dat Van Aert zijn tweede plek ‘het zilver te veel’ had genoemd, begon Lefevere na een naar tv-normen erg lange stilte aan een wat warrige uitleg over hoe de renner hem vijf jaar geleden had verteld dat hij liever ‘een crossertje’ bleef, waarbij dat woord voor de ploegbaas even glibberig bleek als een veldritparcours na een week vol stortbuien. Het was aangenaam vertoeven geweest in de vipruimte waar Lefevere, zoals hij later zei, de wedstrijd die middag had gevolgd.
Vannieuwkerke en co. probeerden zich uit de slag te trekken en zoveel mogelijk te negeren dat er een olifant met een alcoholluchtje in de kamer zat, en zeker Dumoulin was een erg geschikte praatgast voor een programma als ‘Vive le vélo’: bescheiden, welbespraakt, iemand die het wielrennen op een intelligente manier kan ontleden en niet te beroerd was om het uitgebreid te hebben over de mentale druk die hij als topsporter voelt. Een nuchtere kerel, in alle betekenissen van het woord. Het was alleen lastig om aandachtig te luisteren naar wat hij of Ouédraogo vertelde omdat je telkens als de camera uitzoomde enkel oog kon hebben voor de man die wat onderuitgezakt in de rand van het beeld zat. De hand van Lefevere die langzaam naar zijn glas rode wijn ging terwijl Dumoulin terugblikte op de time-out die hij had moeten nemen: het was bijna spannender dan de tweestrijd tussen Van Aert en Filippo Ganna.
Zoals de traditie het vraagt, liet Vannieuwkerke op het einde van de uitzending iedereen nog eens klinken, waarbij het leegste glas tegelijk het hoogst in de lucht werd gestoken. ‘Je kunt zien wie vandaag het meest heeft gedronken,’ aldus de presentator, ‘of toch wie de meeste ervaring heeft met rode wijn.’ Vlak ervoor had hij Lefevere gepolst naar zijn favoriet voor de wegrit volgende zondag en kwam de man met Florian Sénéchal op de proppen, een wielrenner die voor Quick-Step rijdt en een naam die toch niet meteen boven aan de lijstjes met kanshebbers staat. ‘Dat zou niet de mooiste winnaar zijn voor ons,’ reageerde Vannieuwkerke, maar daar moeten we hem ongelijk in geven: als het betekent dat zijn ploegleider ’s avonds nog eens mag aanschuiven in ‘Vive le vélo’, dan hopen wij alvast dat de Fransman over een week als eerste over de meet rijdt.