TELEVISIE★☆☆☆☆
‘Warrior Nun’ op Netflix: de titel is plezieriger dan de kijkbeurt
De nieuwe Netflix-fantasytienerserie ‘Warrior Nun’ gelijkt op zulke parels van de cinema als ‘Attack of the Killer Tomatoes’, ‘Death Bed: The Bed That Eats’ en ‘Gangbang Grannies 4’: de titel is plezieriger dan de kijkbeurt.
Het opzet krijg je - zoals wel vaker met van die franchise starters die bij voorbaat uitgaan van een eindeloze rist sequels - alleen verteld middels achtendertig nonsenswoorden met een hoofdletter. Een dappere poging: ‘Warrior Nun’ speelt zich af in Spanje, waar de 19-jarige Ava (Alba Baptista lijkt wel het kleine zusje van Angèle) in een weeshuis overleden is. In de kerkcatacomben waar haar lijk terechtkomt, vallen evenwel uit het niets enkele Zusters van de Orde Van Het Cruciformzwaard binnen. Eén van hen draagt onder haar habijt het waardevolle Aureool van Areala, ingeplant in haar rug. Wanneer zij bezwijkt aan haar verwondingen, wordt het relikwie in blinde paniek ingeplant bij Ava, die zo plotsklaps terug tot leven komt - als Warrior Nun! Nu ze met een heiligdom tussen haar schouderbladen rondloopt, wordt ze overal achtervolgd door de Tarask Van De Gouden Legende en andere demonen. Het duurt niet lang of zij is de spilfiguur in een eeuwenoude strijd tussen heiligen en duivels, wetenschappers en kardinalen, frietsaus- en mayonaiseliefhebbers.
Voor je zover bent, heb je er al gemakkelijk vier uur opzitten van wat ik maar met slecht weggestoken sarcasme kijkplezier zal noemen. De plot: tjonge-jonge! Lijkt wel door een begaaide scenarist snel-snel op het servetje van een cocktailbar te zijn gekrabbeld: wie enkele plottwists aan het einde niet zag aankomen, was er wellicht ook mee weg dat Marcske die ene keer écht Bieke had bedrogen, terwijl het eigenlijk gewoon om een door Carmen in gang gezet misverstand ging. De religieuze achtergrond brengt een rond totaal van nul interessante perspectieven met zich mee. Personages die in de eerste helft cruciaal zijn, verdwijnen in de tweede. Alles, van de losse eindjes bij die onzinnige cliffhanger over de platte actiescènes tot de beeldvoering die nergens het niveau overstijgt van het soort video on demand-bucht waarvoor Nicolas Cage al eens naar Rusland trekt, ruikt naar haastig bandwerk. Een tenenkrullende voice-over moeten gebruiken, die dan ook nog eens verdwijnt na een aflevering of twee: altijd een veeg teken.
Over stemmen gesproken, dit is een heus festival van ridicule accenten: die Spaansos acteuros kunnen vastos ookos heel goed Nederlandsos! De dialogen doen er natuurlijk geen goed aan: elke fijne dynamiek die Ava girl power-gewijs dreigt te ontwikkelen met haar mede-Zusters wordt meteen in de kiem gesmoord door de onzinnigheden die de actrices door hun strot moeten zien te murwen. Een bloemlezing: ‘Mijn hele leven droomde ik ervan om te sterven. Het leven heeft de fucked-up neiging om je dromen soms te doen uitkomen.’ ‘Ik weet niet wie ik ben. Mijn huid en ik zijn vreemden voor elkaar.’ Nog enigszins mee moeten gniffelen: ‘Het wordt vandaag heter dan een priester op een scoutsfuif!’ Maar mijn ontegensprekelijke favoriet is toch een poëtisch stukje monologue intérieur: ‘Blijf maar praten, mooie jongen. Ik weet niet waarover je het hebt, ik zie gewoon lippen die ik wil kussen.’ Om daarmee weg te komen, mag je toch al gauw Frances Lefebure heten.
Mompelde één of andere pastoor nog: ‘Geloof is de eerste stap nemen zonder dat je de trap kan zien.’ Ik heb het geprobeerd en ben met mijn klikken en klakken van het balkon getuimeld. De rekening is voor Netflix, dat duidelijk toch geld te veel heeft.